Jij was zo huwbaar
transparant vloeibaar en vulbaar
zo van Duw maar,
ik ga met je mee
Je stelde geen vragen,
knikte af en toe
zelfs als ik loog
Je lachte als ik dansend
voor je uit bewoog
Wanneer je op mijn snelbinders zat
kroop je hand langs mijn desembrood omhoog
En na iedere tel had ik het idee
dat je in kleuren leeg zou stromen…
op de veelgedragen
jas de gebreide kabels
op de vaak gewassen trui
de ruwe handen
schrale rode wangen
van de vrouw die
altijd zingt terwijl
ze de ramen lapt
grote witte
wapperende
onderbroeken en
blauwe overalls
aan de lange waslijn
de pet van de werkman
het shaggie tussen dunne
lippen geplakt een gebutste
trommel onder de snelbinder…
Vogels fluiten
Een dag ontstaat
Een mens stopt met dromen
Een wekker stopt
Tandpasta glorieert
Pindakaas popelt
Jan de Hoop groet
De mok kleurt
Een hond blaft
Een man groet
Als altijd
Mogguh
Een klap valt
Een steen vliegt
Een vrouw kermt
Een gedachte sluit
Een lampje gaat uit
Dag en dauw lacht
Groen is rechtdoor
Snelbinder…