130 resultaten.
De schoonheid
poëzie
3.0 met 10 stemmen
2.125 Schoon ben ik, stervelingen, gelijk een droom van steen.
Mijn boezem, waar zich beurt aan beurt elk schepsel wondde,
houdt alle dichters door een liefde aan mij verbonden
eeuwig gelijk de stof, stom als de stof meteen.
Een onbegrepen Sfinx zetel ik in ’t azuur,
ik paar een sneeuwen hart aan zwaneblanke leden,
het lijnverplaatsende gebaar blijft…
Op de oorlogsgrens
poëzie
3.0 met 14 stemmen
2.445 Duizenden lijken, die de landen mesten,
Tienduizenden die ziek en kreupel zijn,
Veelhonderdduizend die in nood en pijn
Hun dakloos dorp of platgebrande vesten
Verlaten, 't zij beladen met de resten
Van vroegre welvaart, of - nooddruftige trein -
Met enkel 't lijf, rillend van 't koortsvenijn
Waar vuil en honger de aadren mee verpesten, -…
BADERS HARTEWENS
poëzie
3.0 met 12 stemmen
3.779 Dwars door de tuinen
Van roos en ranken
Zich ’t pad te banen,
Dan door de lanen
Van zand en dennen
Vluchtig te rennen
Tot waar de kruinen
Van hoge duinen
In ’t blauwe blanken
En zo te naderen
Met zwellende aderen
In laatste loop
De harde golven
En, overdolven,
Hun koele doop.…
Granada: droomstad
poëzie
3.0 met 4 stemmen
1.956 De straten van Granada waar in 't donker
Gitaren gonzen en van 't lang gefluister
Van minnaars aan de traliën de duister
Nacht warm wordt, - gaan met graden naar 't geflonker
Van 't sterrenbeeld. En op de top wat wonk er
Rode lantaarn van het Alhambra? ruiste er
Wening uit rode muren? of wel, huisde er
Morenkoning nog eens en wat zo klonk…
Klokgetik
poëzie
3.0 met 13 stemmen
1.659 Tik tak, tik tak: kort van pas,
Van seconde tot seconde,
Gaat de tijd, en toch te ras.
Ochtendstonde, ach middagstonde,
Avondstonde en na de dag
Nacht; en wéer een dag; en dagen,
Weken, maanden, jaren jagen
Met hetzelfde stil gewag
Van de slinger en de wijzer,
En wij worden stijver, grijzer
En gaan zachtjes over stag.
Is het zo? O ja. Maar…
Ik drink mijn zonden op als rijpe wijn
poëzie
2.0 met 5 stemmen
1.259 Ik drink mijn zonden op als rijpe wijn
Waar een kap'laan zich heim'lijk aan bedrinkt: –
Hij feest zijn oog aan 't glas, dat halfvol blinkt
Binnen de lichtkring van de lamp, wier schijn
Wemelt rondom en scheem'ring wordt in 't klein
Vertrek, waar vóor hem zich een heir verdringt
Van dromen, tot zijn hoofd halfdromend zinkt:
Hij prevelt…
Wie in de loopgraaf ligt...
poëzie
3.0 met 6 stemmen
1.704 Wie in de loopgraaf ligt, wie hoop op leven
En liefde en lust voor goed heeft opgegeven,
Kan zich niet langer troosten met de droom
Dat door zijn dood hij land en volk zal baten:
Want alle volken, alle staten
Zijn één als golven van een stroom.
Het leed, de vreugd van d'een doorcirklen d'ander,
Bloed, hier gestort, kleurt ginds de spiegling…
Nieuwe reis
poëzie
3.0 met 8 stemmen
1.865 De zilvren eilanden van Denemarken,
In 't zomers-vroege licht waar ik ze zag,
Lagen als perken in de waterparken
Waardoor ik voer bij 't opgaan van de dag.
Geen morgen was ooit lieflijker, ooit reinder.
Een pasgeslepen wereld toonde nog
In land en water en verborgen einder
Haar vreemdheid…
Kuddedichters
poëzie
2.0 met 8 stemmen
1.707 Poëzie is geen voer voor een kaste
Maar een dronk voor de vrije mens -
Tot de kudde die vastte en die braste
Zich ophief in dwingend gedrens
En de slechte poëten kwamen
Van wie zij schijn voor wezen namen.…
Engelenzang
poëzie
3.0 met 8 stemmen
3.064 Van verre komt het als een schoon gerucht
Daar is een kind geboren in Bethlems stal -
Zijn naam is Zaligmaker, want Hij zal
De wereld redden, die in weedom zucht.
De wereld kent Hem niet, maar in de lucht
Zijn tekenen en wonderen door 't heelal,
Uit de open hemelen klinkt een schoon geschal
En engelenscharen zingen in de vlucht.
Vrede,…
Delfse Vermeer, ziende naar Delft zoals hij het zal schilderen
poëzie
4.0 met 4 stemmen
2.137 "Een stad aan de overkant,
met torens, poorten, daken,
Walschoeiingen en aken,
Wolkschaduw, zonnebrand.
Wij zien van de overzij
Het voegschrift in haar muren,
Haar koele kleurglazuren,
Haar verte en haar nabij.
Hoe overtreft haar glans
Haar spiegelschijn in 't water! -
Straalt zo de Godsstad later
Tot schijn mijn stad van thans?"…
Ik heb mijn hart ú tot een huis gewijd
poëzie
3.0 met 4 stemmen
1.921 Ik heb mijn hart ú tot een huis gewijd,
En midden in het binnenst heiligdom,
Waar de outerkaars in 't donker gloeit, verbeid
Ik u, mijn lief, mijn zoet sieraad alom!
Ik sloeg mijn ziel dit zoete donker om,
Alleen om ú te ontmoeten, die me altijd
Belooft te komen, in 't geheim, na stom
Eerbiedig beiden ene kleine tijd.
O kom, mijn lief,…
Morgen
poëzie
3.0 met 2 stemmen
1.322 O Dromen die de dag begint,
De dag bezint,
De dag bemint,
Hoe zal ik ooit u loven.
De landen liggen morgen-klaar,
Mijn oog ziet nog geen zorgen daar,
Geen troost hoef ik te borgen waar
Die wast in 's harten hoven.
De bergen blauwen in de vert,
De stromen blinken in de vlakt,
De bloesemboom is wit-gesterd,
Het dorp is rood- en blauw-gedakt…
De Koopman
poëzie
3.7 met 17 stemmen
5.877 De koopman zit op zijn kantoor en somt
bij 't walmend licht der lamp de winst van 't jaar:
Hij telt zijn posten preevlend bij elkaar
En cijfert tot zijn rug zich dieper kromt,
als de balans niet sluit. Hij peinst en gromt,
Half-binnenmonds en met verstoord gebaar
Telt hij opnieuw, ontstemd om 't zoeken naar
Een cijfercent, die niet te voorschijn…
Pasen
poëzie
2.0 met 10 stemmen
2.869 Op Goede Vrijdag
Is Hij begraven,
Niet in een graf - zijn graf was het hellevuur-,
Doch zondagmorgen
Was Hij weer opgestaan,
Ging door de velden,
Glimlachend vredig
Naar de hemel van blinkend blauw.
De bloemen stonden,
Trossen en kelken,
Schommelend en wiegend,
Pralend en teder,
Terwijl Hij, kijkend, kwam;
De duinrand waasde
Leeuweriken…
Schuif op naar ‘t graf
poëzie
2.0 met 16 stemmen
1.981 Schuif op naar ‘t graf: uw huis moet leeg.
Een nieuw bewoner staat ervoor.
Hij is nu jong en gij zijt veeg.
Zijn voet volgt in uw spoor.
Benijd hem niets: de tijd is kort.
Een ander volgde alweer zijn stem.
Ge ligt nog nauwlijks of hij stort
U na en wacht op hèm.…
KONING ADELBOUD.
poëzie
2.0 met 6 stemmen
1.084 Daar zat de koning Adelboud
Op een armstoel van het duurste goud.
De koning had zo'n dikke kop,
En een wichtige gouden kroon d'r op.
Zijn mantel was van hermelijn,
Zoals alle koningsmantels zijn,
En naast zijn armstoel stonden twee
Pages, die keken weltevree,
En elk hield in zijn rechterhand
Een wijnglas, vol tot aan de rand.
Toen…
ANNA PAVLOVA
poëzie
3.0 met 6 stemmen
1.804 ‘n Enkele lijn is genoeg en ik zag u van teen tot schedel :
’t Verende gaan, de heup, het teruggeworpen lijf.
Vurig en edel waart ge, glimlachende! – en vurig en edel
Zij ’t galopperende vers, dat ik, u huldigend, schrijf.…
Het kindje lag gewikkeld
poëzie
2.0 met 4 stemmen
1.837 Het kindje lag gewikkeld in de doeken
Op moeders schoot; het was een armlijk kot:
De koe en ezel stonden achter 't schot.
'Wat die drie koningen in 't huisje zoeken?'
Jozef was graag gevlucht in donkre hoeken.
Hij hield zich stil terzij: hij zat voor zot.
Maar noch gevolg noch vorsten toonden spot:
Geschenken biedend knielden zij, die kloeken…
Bedenk hoe schoon wanneer wij zijn gestorven
poëzie
4.0 met 6 stemmen
2.730 Bedenk hoe schoon wanneer wij zijn gestorven
De aarde zal zijn die dan naar ons niet vraagt.
Gij weet dat ze altijd eendere vreugden draagt
Als waar wijzelf ons aandeel van verworven.
Wij hebben vaak haar blijde gaaf bedorven
Door zorg die om de dag van morgen klaagt.
Door eigen ondank langer niet geplaagd
Zien wij door anderen haar geluk bëorven…
Aarde
poëzie
3.0 met 6 stemmen
1.877 Als 'k u zo lief niet had, mijn aarde, zou ik
Zo niet begere' u in een droom te vieren,
Maar al uw steden en al uw rivieren,
En bos en berg graag in één beeld beschouw ik.
Als kind al zocht ik u, mijn aarde, en wou ik
U kennen heel, uw hemel met zijn vieren,
Uw oceanen waar uw winden gieren,
Uw blank-zeilende wolk, zwerk zwart en rouwig;
Uw…
TOPZIEKE RUPS
poëzie
3.0 met 13 stemmen
2.019 Topzieke rups, in 't stijgen
Van blad tot blad, van steel op stam,
Denkt ge eindlijk te verkrijgen
Het veld van blauw, de witte vlam?
Te hoog! Ge kunt niet keren!
Hangende aan hoogste top,
Geeft ge, in een verdwaasd begeren,
Nog eens u op.…
Een koud vermoeden rilt mij door het brein
poëzie
2.0 met 16 stemmen
1.901 Een koud vermoeden rilt mij door het brein:
Ik zie mijzelf en weet thans wie ik ben:
Ik ben Erinring van veel boeken en
Een Macht, waarmee 'k mijzelf en al mijn zijn,
Gedachte en daad, gelijk maak aan de schijn,
Die 'k daarin schoonst vond: - onbewust gewen
Ik me aan dat artiest zijn; - soms zelfs ken
'k Mijn schijn, die groot is, niet van…
Het verlaten huis
poëzie
4.0 met 1 stemmen
652 Als in een huis in de onderwereld, waar
De stille vader en het stomme kind
Elkander aanzien - zó zit ik gebukt
Over mijn boeken in dit donk're huis.
En tegenover me aan de tafel zit
Dat stomme kind der sombere gedachte,
Mijn stille weemoed met het bleek gelaat,
Mijn stomme weemoed met het donker oog,
Die niemand ziet dan ik, - maar áls…
EEN LIEDJE VOOR HANSJE
poëzie
4.0 met 1 stemmen
432 Hij is in 't midden van de mei
Geboren en een dichter zei:
Dit is een kind dat zingen zal,
Dat de mensen 't horen óveral;
0, wat een zeldzaam mei-geval:
Hij is in 't midden van de mei
Geboren.
Hij mag een lelijk mosje zijn
Wie horen wil naar liedjes fijn,
Die zoekt de mooiste vogel niet:
Van de lelijkste vogel is 't mooiste lied…
Zomerweide.
poëzie
4.0 met 2 stemmen
405 De blanke koeien waden 't weigras door,
Uit hoge hemel daar een wolkbank ligt
Straalt trillende op koe-ruggen zomerlicht,
't Gras ripplend krijgt een esmerauden gloor.
Warm vlakt de vaart daar 't groene riet langs spicht,
Golf deint en spoelt, trekt zijn geglinsterd spoor
Stoomboot in stroom en stuurt de schomling door
Die 't riet doet…
Sinds ik u álles gaf, ál wat ik ben
poëzie
3.8 met 5 stemmen
733 Sinds ik u álles gaf, ál wat ik ben,
En thans in ú mijzelve heerlijkst vind,
Wat klage ik dan, daar gij een andre mint,
Daar ik me, als de uwe, eraan meêplichtig ken?
En daar ik ú ben, ben ’k dan niet verblind,
Zo ’k op u toorn en dus mijzelve schen?
En me aan úw liefde zoveel minder wen
Dan aan mijn eigne, die ons zó verbindt?
Moet…
De Maat
poëzie
4.5 met 2 stemmen
654 Er is geen maat die ik in u niet vind.
Gij zijt de berg en gij zijt ook het grein,
Gij zijt de aardwoning en het hemelplein,
Gij zijt de vader en gij zijt het kind.
Ik heb mijn ogen die u zien, maar blind
Zie ik u ook: in mij het bloedgedein
Is zozeer u als de eindeloze trein
Van vormen, die nooit eindt en nooit begint.
En 't vormenloze…
Men kàn geen vlammen als een gouden vloed
poëzie
5.0 met 1 stemmen
594 Men kàn geen vlammen als een gouden vloed
Uit éen vaas gieten in een andre vaas:
Daarbinnen branden ze en een bevend waas
Gloeit door het hulsel heen met halve gloed.
Open het nooit – het is zo schoon, en ’t moet
Zó schoon zijn, blijvend in die zelfde plaats:
Die vlam zal niemand zien: zij zal, helaas!
Zichzelf verteren, daar haar niemand…
Aan F. van Eeden
poëzie
4.3 met 3 stemmen
566 Ik ben gestemd om een sonnet te maken,
Teer-blauw als mij Japanse verzen lijken,
Zo vlak als water, dat geen rimpels strijken
Tot vloeiend matglas, waar zij de' oever raken.
Fijn porselein met verwende smaken,
Bleek-blauwe poppen die zo wijd uitwijken,
En zonder perspectief - de rijken kijken
Bij 't kopen, of de kleine barstjes kraken.…