een schreeuw verkracht de stilte
rauw gekrijs stampt de rust in elkaar
een spreeuw richt zijn kop op
blinkende oogjes weerspiegelen de droefheid
van wat verborgen moet blijven
tijd hangt aan de noodrem
alle gevoel is even gestorven
om daarna te verrijzen
krachtiger dan ooit tevoren
de broeierige lucht zindert nog na
trilt van…
een grijze mist dwaalt
over de kapotgeschoten akker
der herinneringen.
eens beploegd, bezaaid, geoogst
nu een vieze bruine plas
tussen aardkluiten
« En wanneer komt moeder nu ? »
je moeder is al dood
een hele tijd
ook de boer op de akker
is niet meer :
het veld ligt braak
kilte en koude
dringen door
dringen door de dunne huid…