44 resultaten.
Najaar II
poëzie
3.0 met 1 stemmen
532 II
De meeuwen scheren langs 't verlaten strand,
Hun witte buikjes glimmen even op,
En nederwaarts gestrekt met spitse kop,
Zo laten zij zich vallen op het zand.
De najaarsstilte ligt al over 't land,
Het bos vergoot zijn loof, als drop na drop
Van bloedend blad vervloot, wijl groene knop…
NAJAAR I
poëzie
3.0 met 3 stemmen
524 I
De zon bestraalt het rosse beukengoud,
Dat in het water glanst met felle pracht,
En beukenstammen in licht-grijze dracht
Verheffen schitt'rende armen boven 't woud.
Zie hoe de wolkeloze hemel blauwt,
En door 't verwelkend takkenweefsel lacht,
En zomerdromen weer te brengen tracht,
Beloften…
De ruiter
poëzie
3.0 met 1 stemmen
574 In vlammenpracht, die pralend hem omvangt,
Rijst hoog de ruiter op zijn donker ros,
De wapperende manen waaien los
Van 't edel dier, dat naar 't gebied verlangt,
Waar reiner lucht het vonkelend omprangt,
Waar het zal dolen door 't fantastisch bos
Van sprookjesrijken, waar met vreemde dos
Onaardse kleur 't onaardse land omhangt.
De ruiter…
Er ruist een zachte...
poëzie
3.0 met 10 stemmen
1.152 Er ruist een zachte roffel door de blaad'ren
Der populieren aan de zoom der weide;
Zij tromm'len aan hun ranke takken blijde
De zomer te gemoet, die stil komt naad'ren.
In de elzebosjes aan de kant der sloten,
Doorgeurd van honingklavers en kamillen,
Hoor ik de lentewind zijn liedje trillen
Met lang-gerekte, zangerige noten.
Op halmen…
Winter
poëzie
2.0 met 9 stemmen
1.548 De fijne rijm bedekt nu boom en plant
En ’t stijf-gestolde water, spiegelglad,
Kaatst hel de zon terug van ’t glanzig pad,
De blanke sneeuw ligt blinkend op het land.
En aan de langzaam-glooiende oeverkant
Steekt nederig een klokje ’t groen blad
Naar boven, koest’rend zich in ’t zonnebad,
Een dun, groen lintje op hermelijnen rand.
De lucht…
HERFST I.
poëzie
3.0 met 11 stemmen
1.248 I.
Grauw is de dag, en grauw is mijn gemoed;
De wind hangt machtloos in gebruinde twijgen,
En langzaam komen blaad'ren nederzijgen,
Die blijven rusten aan der bomen voet.
Geen zomerheerlijkheid, geen zomergloed,
Maar grijze lucht; de naakte takken neigen
Zich droevig aardwaarts; stom, vol somber dreigen
Staat ver der donk're dennen…
Zonnedood.
poëzie
5.0 met 1 stemmen
1.101 Ik zing de heerlijkheid der Westerluchten,
Wanneer de zon verbloedend langzaam sneeft,
En slechts een wijl haar dagglans overleeft,
Die oov'ral schuwe duisternis deed vluchten.
Thans rijzen sterren op in scheem'rend duchten,
Stil na elkaar; - de ganse hemel beeft
In hunne flikk'ring, die een glorie weeft
Van vonk'lend zilver in de…
Aan een mug als postillon d'amour.
poëzie
3.0 met 7 stemmen
937 Vlieg voort, o mug, mijn snelle bode en fluister
Aan de oren van Zenophila héél zacht:
'Gíj slaapt, vergetend lief, híj waakt en wacht.'
Vlieg voort, vlieg voort, mijn zangster zoet, maar luister:
Spreek zacht en wil haar slaapgenoot niet wekken,
Dat gij niet wekt míjn ijverzucht'ge trots.
Als gij haar hier brengt, mug, geef 'k u een…
Mijn liefde
poëzie
2.0 met 2 stemmen
1.471 Mijn liefde is als de zee die 't al omgeeft,
Met machtig aangedein van sterke baren,
Mijn liefde wil de wereld ommewaren,
En troostend lenigen waar weedom leeft.
Mijn liefde is als de lentewind, die zweeft
Met mild gemurmel langs de jonge blaren,
Mijn liefde is als 't geruis van zilv'ren snaren,
Dat om de zielen zoet bedwelmen weeft.…
Lente
poëzie
3.0 met 8 stemmen
961 Almoeder der verlangens, 'k hoor u klagen
En smachtend roepen in verlatenheid,
Uw stem weerklinkt in 't blaten van de geit,
Die rukt aan 't koord in de ijlschauw van de hagen.
Uw stem weerklinkt in 't zwaar geloei, bij vlagen
Gestoten uit het stierlijf, in 't gekrijt
Van al wat zoekend naar bevreed'ging schreit
In 's nieuwe levens…
Zachte dagen
poëzie
2.0 met 7 stemmen
1.007 O, nu de dagen weer zo licht zijn en zo zoel,
Zo zonnezoel, zo zonnelicht, zo rijk
Aan vreugd in welig bosgroen; nu de vliet
Bezaaid is met het gulle sprankelgoud;
Nu schaduwlanen koel
In kalme schemer mijmervol
Zich allerwegen oop'nen; nu het riet
In fluisterbeving zoetlijk neigt,
De vijver waai'rend met zijn schucht're koelt',
De vijver zelf…
LENTESTOET
poëzie
1.0 met 7 stemmen
1.355 In wijde wonderhallen van het woud
Hoor 'k hel-op tuiten klinkende muziek.
Nu buigen blad en bloesem naar beneên
Om háár te spreiden luchte baldakijn,
Haar, die aan 't hoofd van 't zuiver-spelend koor
Ten bos in schrijdt, de lentekoningin.
Zij streelt het sterrenmos met lichte tred,
En tovert met haar ogen teed're glans
Op 't schuchter-wuivend…
NATURA CONSOLATRIX.
poëzie
3.0 met 8 stemmen
989 Hier rust ik ver van 't woelig mensenras
In macht'ge zuilengangen van het woud,
Met dak van wiss'lend groen, doorwrocht met goud,
Hier op het mollig, mosrijk lentegras.
Hier is geen mensgeknoei, geen misgewas
Van zwetsers, op gelogen kennis stout,
Geen huich'laars, die der waarheid zuiver goud
Besmetten voor wat hùn tot voordeel was.…
Ik smacht naar de lente
poëzie
2.0 met 8 stemmen
1.803 Ik smacht naar de lente en haar goud,
Naar de jonge, de licht-tere kleuren,
Ik smacht naar het groenende hout,
Naar de zoetige Meidorengeuren.
Hoe heerlijk te liggen in 't mos,
Te staren in 't blauw van de hemel,
Te volgen de blaadjes die los
Zich wieg'len in takkengewemel!
Hoe welven zich bogen van glans
Om mij heen bij der lente verschijnen…