Wie kon weten dat de tijd zou komen
met handen vol zwarte bloemen en
verscholen in zijn mantel het noodlot
dat zijn ijskoude adem zou leggen over
het gelaat van unieke schepselen
maar onaangeroerd bleven de herinneringen
standvastig in hun soliditeit als een
erfenis van waardevolle schatten
op het witte doek van gedachten
soms, als in een…
Wat weten zij ervan
waarover praten zij?
vraag mij
wat het betekende
en hoe het voelde te vertoeven
in wat jouw wereld was
een leven lang
heb ik je niet gekend
dan enkel maar als die soldaat
waarin ik steeds wanhopig
iets van een vader zocht
terwijl ik samen met jou vocht
tegen de spoken van weleer
we wisten al niet meer
elkaar…
Ergens op de wereld
is een korenakker
alleen nog dodenland
rijst een aanklacht
naar omhoog
vanuit een lege hand
en ergens huilt een moeder
of treurt een jonge vrouw
wacht een vader op bericht
of hangt een vlag in rouw
ergens op de wereld
vliegt een jonge zwaluw
langzaam naar de dood
klapt wanhopig met de vleugels
in zijn stervensnood…
Hoe plotseling
is zij zo broos geworden
zonder dat ik wist
wat heb ik reeds gemist
door in de
sneltrein van de tijd
aan haar voorbij te reizen
hoe lang nog
zal zij moeder blijven
en naar mij uitzien
langs de sporen
hoe plotseling
is zij zo broos geworden?…
Toen was daar jouw finale
verbijsterend mooi zoals
je ging en puntgeslepen scherp
jouw blik de laatste akte schetste
de wereld draaide door
terwijl een ogenblik van
o zo waardig zijn zich kleedde
zoals je was geweest
niet één keer keek de tijd nog om
maar snelde voort in het tumult
van veel te schelle stemmen
de dag kromp stilletjes ineen…
Hoor de dragonders
de schreeuw van een arend
stil blijft de wereld
de zon voelt geen schuld
moeder van zonen
telt wanhopig de kinderen
waarvan eens warm
haar schoot was
met hun leven gevuld
krampachtig gevouwen
haar handen tot bedes
als brandende lava
de pijn in haar hart
gesluierde vrouw
moeder van zonen
stilt met haar tranen
de dorst…
Voel
de warmte van mijn zijn
mijn hart dat klopt voor jou
mijn handen die zo zacht jou strelen
voorzichtig gaan over je lijf
ik snuif je lichaamsgeur
hoor ik je adem gaan
in een ritmiek als van muziek
ik leg mijn oren stil
beleef dit ogenblik met jou
schrijf woorden op je lippen
gloei zomerzon onder je blik
ver van de wereld buiten…
En er was dat weten
en die herkenning
alsof al zoveel eeuwen ...
geen mijl
geen afstand
dan dichtbij
hoe naderbij
schiep taal en teken
en wat nog ongezegd gebleven
zich vormde in oeroude klanken
je kwam voor even weer voorbij
en die herinnering in mij
alsof door zoveel eeuwen ...
hoe naderbij
schiep taal en teken…
Hoe je gelaat geëtst staat
op de wanden van mijn ziel
en je ogen die mij ooit aanzagen
en je stem die mij ooit sprak
ik ben de kleur niet vergeten
en de klanken niet
van ver zal ik je herkennen
aan het geluid van je schreden
waar ik lang geleden mijn
eigen voetstappen deed volgen
tot waar je ook liep
soms is het dat ik je hoor roepen…
Zo vaak wil ik met je praten
om alle vragen die je liet
en dat gevoel van
niets en niemand zijn
maar voorgoed ijzelt de pijn
nu jij er niet meer bent
terwijl ik mij vertwijfeld afvraag
of ik je heb gekend
er is geen weg terug
en zelfs niet eens een brug
naar daar waarheen jij reisde
en voorgoed ijzelt de pijn
van niets en niemand zijn…