Zacht zucht de wind
het is niet voor niets winter.
Deze koude komt niet onverwacht
elke keer dat ik dit seizoen inga
besef ik dat ik deze koude weer tegenkom.
Door de wind uit elkaar getrokken voel ik de afstand
ik hou je hand vast
maar ik voel hem verstijven
hou me steviger vast, ik verlam
dat ik hierdoor keer op keer onder je ogen weg glijd…
Gesluierd treed ik voor je,
Gevreesd beangstigend,
Grote donkere zonnebril,
Geen blik van mijn ogen doorlatend
Je denkt me te kunnen doorgronden
Maar zien laat ik me niet
Hoor je de trilling in mijn stem
Probeer te vluchten uit verdriet
Met alles probeer ik je af te leiden
Dat je niet kan zien de echte ik
Met grappen je te…
vermaledijde hoop
die in flitsende schitteringen
door geopende handen schiet
en hen leeg gelopen
machteloos achterlaat
op weg van hier naar nergens
de anders zo krachtige handen
moeiteloos pijn wegnemend
beheersen de kunst niet
tot uiteindelijke verlossing
van snijdende smart
der eigen dolende geest
momenten van gelukzaligheid
geschonken…
Alles overheersend moe
Man met de spreekwoordelijke houten hamer
Dreunt op hersenpan
Duizenden bakstenen
Hangen met touwtjes
Omlaag aan wimpers
Krampachtige kaken
Stijf en onverzettelijk
Schieten vonken van kiezen
Slaap valt aan, trekt zich terug
En beukt met hernieuwde kracht
Tegen het heftig tegenspartelende lichaam
Overwinnen…