De nacht biedt bescherming
tegen mijn verdorven zucht
zielloos, zonder leven
kraaien azen reeds op wat nog zijn zal
een ploeg spit om wat is
traag, schoorvoetend, delvend
wordt het onverbiddelijke voltrokken.…
Een duik in het duistere niets
geen verantwoording noch schaamte
voor mijn vlucht uit het geraamte
van orde, schijn, het "menselijk" zijn
ben oneindig klein
een waarnemer van reacties
en chemische interacties
in het lichaam dat mij vervoert
sta even stil, ontroerd
leef in een wonder
weg het gedonder
van een ver verblindend iets.…
Zware wind bruist door boom en kruin
schaduwen dansen spelend, vliegend
zon en blad, op de wind wiegend
stoeien en sterven in Eden's tuin
Groter wordt de donkere projectie
het opent nieuwe perspectieven
ontrafelt onderliggende motieven
en ontsluit een tedere affectie
Licht wordt donker
natuur wordt poëzie
ontdaan van alle schijn
blijft…