115 resultaten.
Een man die, moe en levens-mat
poëzie
4.0 met 8 stemmen 2.588 Een man die, moe en levens-mat,
en liefde-leeg, en zorgen-zat,
zijn avond-maal bereidt:
hij roert de melk, en breekt het brood,-
waar hij van leven of van dood
verlangen kent, noch nijd;
- hij ziet de gulden hemel aan,
en voor zijn stoep de sparre staan
waar 't laatste licht in straalt
éen poze nog, éen warige poos,
'lijk in zijn hoofd…
Een ster
poëzie
4.0 met 7 stemmen 731 Een ster: een klompke ijs tussen mijn hete tanden...
Terwijl ge onzichtbaar zijt, o zee, die nauwelijks hijgt;
terwijl mijn hart gelijk een oude zuster zwijgt,
komt deze stipte oneindlijkheid mijn lippen branden.
– Mijn nachten waren ene mand vol droom aan droom;
mijn dagen, ’t vast getal der appelen die zwellen
in elke boom-gaard en aan elke…
En hoort uw hart
poëzie
4.0 met 4 stemmen 1.423 En hoort uw hart: hoort gij uw hart niet slaan ?
Daar is de maat waarop uw dagen dansten.
Niet wen gij waart met weelden overlaên
of dronken van een overmoed'ge waan,
stond ge in de rei die blijde tijd omkranste.
Brandde in uw brein al 't lijden dat het droeg
leg op uw hart uw hand, en gij zult horen
al de geheimen die, nog ongeboren,
zich…
Er is geen tijd
poëzie
4.0 met 4 stemmen 658 Er is geen tijd. Wat gistren was
is wat vandaag me een liefde wijst.
Herdenken: ongedronken glas
dat morgen laaft en spijst.
Wat is me droeve scheppings-daad
en baren in 't gelaat der dood?:
een kindje dat aan 't schaatren slaat
daar 't wemelt in mijn schoot.
Welke is de krankheid die me pijnt
bij dreigend komen en vergaan?
Wij…
Er komt iemand bij mij
poëzie
4.0 met 3 stemmen 352 Er komt iemand bij mij, die 'k nimmer zag,
en uit-der-mate vriendlijk, die mij zegt:
‘Gij weet, ik berg iemand in mijne woon.
Neen: er verbergt zich iemand in mijn woon.
Ik zie hem niet, maar ben in hem begaan.
Ik ken hem, en hij is mijn liefst bezit...’
- Ik durf niet zeggen dat die vreemdling liegt.
Ik durf niet zeggen dat zijn gast…
GEZICHTEN MIJNER DOOD
poëzie
3.0 met 6 stemmen 1.661 Gezichten mijner dood, ik draag in mij
De klare blikken van uw teedre heerschappij,
En ’t warme strelen van uw glijdende gewaden…
Ik ken u niet, maar ben in u verblijd,
Want gij blijft jeugdig door de tijden, en de tijd
Breidt om uw haren heen de zachste dageraden.
Ik min u. Ge zijt mijn; ik leef, ik léef van u,
Gij, die mijn dagen als een…
GIJ DRAAGT EEN SCHONE VLECHTE HAAR...
poëzie
3.0 met 7 stemmen 1.694 Gij draagt een schone vlechte haar
allangs uw lage leên…
- Het is een trage dag voorwaar
van weiflen en van wenen.
Het is een lengende avond van
mis-troosten en mis-prijzen.
’t Is of de dag niet sterven kan
en of geen nacht kan grijzen…
- Gij gaat mijn duister huis voorbij,
verlangenloos en rechte;
ik rade uw naakte, magre dij;
ik zie…
GIJ ZULT MIJ ALLEN, ALLEN KENNEN
poëzie
3.0 met 20 stemmen 2.982 Gij zult mij allen, allen kennen,
maar 'k zal voor allen duister zijn;
want slechts wie 'k van mijn spot zal schennen
zal lichtend van mijn luister zijn.
Slechts wie na de eêlste weelde-spijzen
zal hongren naar mijn schampre smaad,
draagt eens vóór 't aangezicht der wijzen
de plooi der wijsheid in 't gelaat.
Maar hem, die mij niet heeft…
Gekomen met een zoete mond
poëzie
2.0 met 7 stemmen 1.273 Gekomen met een zoete mond
waar kindsheid heen ons zingen zond
als blijde bedelaren,
was onze honger goed als brood,
en zagen we in tergloze nood
een makker onzer jaren.
Maar 't leven sloeg, met stille speer,
in ieders zijde een eigen zeer.
Wij hebben 't bloed gezógen;
een lách heeft onze smart gekoeld;
- maar w' hebben in de…
Gelijk een arme, blinde hond
poëzie
3.0 met 10 stemmen 2.058 Geljk een arme, blinde hond
van alle troost verstoken,
dwaal 'k door de zoele avond rond
en ruik de lente-roken.
Er waart - lijk om een vrouwe-kleed
waar oude driften in hangen -
er waart een geur van schamper leed
en van huilend-moe verlangen.
En 'k dwaal, een blinde hond gelijk,
door dralige lente-roken,
mijn hart van alle liefden…
Gelijk het gonzend bliksemen
poëzie
3.0 met 7 stemmen 1.780 Gelijk het gonzend bliksemen van motoren,
waaraan een mensen-wil zich-zelve riemt,
het ondoorgrondlijk- ijle wil doorboren
tot waar de blik van Gods oog doorpriemt;
neen, gelijk licht in licht : gelijk een kaarse
zo karig, dat de zonne haar doorvreet
van 't vroege groenen tot het late paarsen
maar die haar kleinheid onverdoofbaar weet;…
Geluk, zo zedig en zo zeker
poëzie
3.0 met 7 stemmen 1.088 Geluk, zo zedig en zo zeker,
als water dat in glazen beker
zijn zuivere genuchte vat:
ik heb uw goede dronk genoten,
en 't heeft door mijne leên gevloten,
als van wie nooit gedronken had.
Mijn ogen wijd, mijn lippen open,
zijt ge in mijn aadren stil gedropen
tot de' allerlaatste', en béste drop...
Was ik de dorst'ge der woestijnen…
Geven, geven!
poëzie
2.0 met 9 stemmen 639 Geven, geven! Alle vrachten
rijzen in het hoogste want,
en de leegte legt een zachte
weemoed in de moede hand.
Geven, géven! Laat de huizen,
sluit de ramen, dek de haard:
de open heemlen zijn de sluizen
voor uw ongeduld'ge vaart.
'k Ben geleegd; ik ben verleden;
'k wórde dood: ik heb gevoed.
Al wat komt is mijn verleden,
waar 't gewerd…
Gezapig als de zoen
poëzie
3.0 met 9 stemmen 1.352 Gezapig als de zoen van koele kinder-lippen
en zoeler dan ’t gezoef van bloesem-zoete wind,
o kleine regen, heeft van duizend glinster-stippen
uw stuivend licht mijn haar met perelen gepint.
En zonder roeren, dan te voelen hoe mijne ogen
vergroten, naar me uw peerlen-weelde zonne-wijdt,
sta ‘k als een smalle bruid, tot wenens toe bewogen…
Gij die gebaard hebt
poëzie
3.0 met 11 stemmen 1.439 Gij die gebaard hebt, en in moeder-smart gestaan,
hoe ben ik als een tuin voor uw gepijnd verlangen?
Hoe gaat ge in barre hoop, hoe draagt ge onvruchtbre waan,
en heeft uw liefde een liefde om mijn gelaat gehangen?…
Al slaat in mijn moe hoofd uw zware zomer-geur,
Vergéefs zult ge, als een roos, uw adem míj-waarts keren;
want, ben ik úw door…
Gij draagt het gladde mom der dood
poëzie
3.0 met 5 stemmen 1.378 Gij draagt het gladde mom der dood;
uw oog is groot van lijden;
het naaste naken van de nood
heeft uwe mond gescheiden.
Reeds is het, of het laatste woord
uw lippe gaat verpaarsen.
Gij spert uw vingeren, doorgloord
van eeuwig licht, als kaarsen.
Uw glimlach voert het bijster beeld
der eeuw'ge ontvangenisse.
Het lam des offers…
Gij spreekt geen woord, o vrouw...
poëzie
4.0 met 8 stemmen 3.966 Gij spreekt geen woord, o vrouw, maar weent aan mijne zijde
onder 't ontgoochlen dat uw tengere schouders boog.
En 'k wéét uw leed, ik woog de keten van uw lijden,
-maar sluit afkerig 't werend oog.
Ik sluit mijn oog. Gevallig voel 'k het bar verstarren,
en harde plooien, van een spot-lach om mijn mond,
-ik die me eens voelde een zelfde neêrlaag…
Gij was aan mij gelijk de winde…
poëzie
4.0 met 2 stemmen 558 Gij was aan mij gelijk de winde
die wentelt om een koren-aar;
dra zal ik aan mijn wang bevinden
de zoete streling van uw haar.
Dra zult gij ‘t glanzend voorhoofd beuren
tot waar mijn slapen komm’rend staan:
zo ziet men, wild, een winde geuren
naast ‘t wegen rijpen van het graan.
o, ‘k Ben geen sterke; moe-gedragen,
verzwaart vaak de angst…
Gij wast aan mij gelijk de winde
poëzie
3.0 met 6 stemmen 376 Gij wast aan mij gelijk de winde
die wentelt om een koren-aar;
dra zal ik aan mijn wang bevinden
de zoete streling van uw haar.
Dra zult gij 't glanzend voorhoofd beuren
tot waar mijn slapen komm'rend staan:
zo ziet men, wild, een winde geuren
naast 't wegend rijpen van het graan.
o, 'k Ben geen sterke; moe-gedragen,
verzwaart…
Gij zijt de goede vrouw
poëzie
4.0 met 8 stemmen 1.935 Gij zijt de goede vrouw ten drempel mijner dood, -
Gij die me uw ogen als een zomer-nacht ontsloot
Vol wondre lichten en vol rust'ge duisterheden;
Gij die me uw leden als de rijkste herfsten bracht,
En, schoner dan een schemering, de zéekre kracht
Van vredig leven en zich goed bemind te weten.
Want gij, die weet hoe iedre vreugde tanen moet…
Gij, die ik zoet te slapen leide
poëzie
3.0 met 14 stemmen 1.634 Gij, die ik zoet te slapen leide,
uw adem zoelend aan mijn mond,
- Kind van mijn liefde en van mijn lijden, -
en die 'k, toen 'k plots ontwaakte, wijde
met wakend oog me aanstaren vond:
'k en zal aan u geen sussen wagen,
die schielijk dûs de slaap ontwijkt;
de nacht wordt rijker dan de dagen,
want reeds klaart vreugde na de vragen…
God
poëzie
3.0 met 10 stemmen 2.807 Ik zeg niet: "Ik"; ik zeg aldoor maar: "Gij".
Waarom en wilt ge u niet in mij begrijpen ?
Ik, druif die in de zonne hangt te rijpen.
De zonne blind, waarin ik dij.
Van u bezeten, God, als van een vrouw bezeten.
En eeuwig leeg, o Vrouw, o God, van uw bezit.
o God, ge zijt in mijn verleden geweest
gelijk een vrouw op oud en gouden feest
Wees…
Goedheid, góedheid...
poëzie
3.0 met 10 stemmen 1.661 Goedheid, goedheid gelijk een zuster aan mijn zijde,
hoe heb ik u verbeid, - die ik niet vrágen dierf,
sinds, kommrend om mijn vreemd bestaan, mijn vader stierf,
en uw gezoen, o lief, mijn dode liefde zeide...
- Maar God zal mij misschien genadig zijn, genoeg
voor 't pover horizontje heil dat ik Hem vroeg,
en góed, o Goedheid, voor wie, moeizaam…
Harde modder, guur kristal
poëzie
3.0 met 10 stemmen 1.528 Harde modder, guur kristal:
in mijn naakte woonste
rijk en arm aan niets en al,
ben 'k de ziekste en schoonste.
Huis dat afsluit en dat kijkt:
hart dat, onbewogen,
hoort de zee die wast en wijkt
vóor verzádigde ogen.
In geen spiegel, gruwvol-eêl,
't beeld van een begeren.
Al de beezmen zijn te veel
om de grond te keren.…
Herinneringen zingen, kind
poëzie
4.0 met 4 stemmen 1.299 Herinneringen zingen, kind, uw wit gelaat,
en 't zoet verhaal van úwe dagen en míjne dagen
die vredig in ons leve' als stille tuinen lagen
in 't tere licht van late schemering gebaad,
wijl d'hemel is om tuine-groen een stil gewaad
van trage, kalme schaduwen, en de bomen dragen
een laatste vogel-stem van lang-verglooiënd klagen
dat kwijnt…
Het huis mijns vaders
poëzie
3.0 met 33 stemmen 4.302 Het huis mijns vaders waar de dagen trager waren,
was stil, daar 't in de schaduwing der tuinen lag
en in de stilte van de rust-gewelfde blaêren.
- Ik was een kind, en mat het leven aan de lach
van mijne moeder, die niet blij was, en aan 't waren
der schemeringen om de bomen, en der jaren
om 't vredig leven van de roereloze dag.
En 'k…
IK BEN DE HAZEL-NOOT
poëzie
4.0 met 2 stemmen 327 Ik ben de hazel-noot. - Een bleke, weke made
bewoont mijn kamer, en die blind is, en die knaagt.
Ik ben die van mijn zaad een duisternis verzade.
En 'k word een leêgt', die klaagt noch vraagt.
'k Verlaat me-zelf; 'k lijd aan me-zelven ijle schade.
Ik ben 't aanhoudend maal, in een gesloten kring,
van ene domme, duldeloze, ondankb're made…
IK BEN MET U ALLEEN, O VENUS
poëzie
3.0 met 40 stemmen 3.600 Ik ben met u alleen, o Venus, felle star.
En, waar 'k vergeefs in mij uw stralend gloeien zoeke,
blijft leeg mijn marrend harte, en bar.
Mijn harde mond is strak aan beide starre hoeke.
Geen vraag. En zelfs wat 't eerst me naêrt en 't laatste scheidt :
zelfs ángst en komt mijn ijlt' bezoeken.
Ik ben met u alleen, mijn ogen droog…
Ik heb een vrouw; ik heb een kind
poëzie
3.0 met 31 stemmen 3.561 Ik heb een vrouw; ik heb een kind;
en 'k heb in 't harte harde zorgen...
o Kommer-knagen voor wie mint,
te weiflen aan de dag van morgen.
- Ik sla de zware netten uit
en berg in 't roerig moer de fuiken;
maar, voor de hoop op weel'ge buit,
zie 'k drabben uit de drasse duiken.
Soms komt, voor diepre schoonheid borg,
me een water-roos…
Ik hoor de nacht
poëzie
3.0 met 10 stemmen 1.782 Ik hoor de nacht die nader-zijgt, -
en beider zwijgen...
Ik voel uw hoofd naar mij geneigd,
- zal 't míjne neigen?
Uw aangezicht is vreemdlijk stil
in 't schemer-leven...
Ik zie het laatste dag-geril
in de avond-dreven.
- Is dit een einde of een begin?...
Uw handen glanzen;
uw blik is als violen in
verslenste kransen...
- - Ach…