biografie: Hendrik Tollens
1780 - 1856
Henricus Franciscus (Caroluszoon) Tollens [Rotterdam 1780 - Rijswijk 1856]
Tollens stamde uit een oud Vlaams geslacht.
Hij bracht enige jaren door op een kostschool te Elten en
een groot deel van zijn jeugd bij een oom in Amsterdam waar hij ook naar een Franse school ging.
Zijn vader had een verfhandel met penseelmakerij die Tollens zou uitbouwen tot een bloeiende zaak, hoewel daar aanvankelijk niet zijn prioriteit lag. Als veertienjarige moest hij terug naar Rotterdam om zijn vader in de zaak te helpen.
Na zijn werk wijdde hij zich ’s avonds aan het schrijven. Vooral het toneel wist hem al vroeg te bekoren en naast het vertalen van toneelstukken schreef hij zelf treurspelen. Het toneel bracht hem in contact met zijn geliefde. In 1800 trouwde hij tegen de zin van zijn vader met Gerbrande Rivier, dochter van de toneelspeler Simon Rivier. Met haar kreeg hij een aantal kinderen wier lief en leed hij bezong in zijn gedichten. Na de dood van zijn oudste zoon en echtgenote trok hij zich met twee ongehuwde dochters terug op het Rijswijkse platteland, waar hij in 1856 overleed.
Gedurende een groot deel van de 19de eeuw is Tollens de lievelingsdichter van ons volk geweest. In populariteit werd hij misschien alleen door Cats overtroffen. ‘Toen Tollens drie jaar na het uitgeven van zijn laatsten bundel stierf, was het alsof er een lid uit ieders familie was gestorven, een volksvriend en weldoener des volks heengegaan’, noteerde Kalff.
Over de kwaliteit van het werk van Cats en Tollens oordeelt het nageslacht nu minder enthousiast dan hun tijdgenoten.
Inzendingen van deze schrijver
24 resultaten.De liefde op het ijs
poëzie
3.5 met 4 stemmen
2.552 De wintervorst vierde zijn lusten de toom
en vloerde met schotsen het meer en de stroom;
de veldvreugde ruimde voor de ijsvreugde plaats
en meertjes en stroompjes weerkaatsten de schaats.
Schoon Elsje, een boerinnetje, poezel en mals,
verloor in het zwenken de boot van haar hals
en Koenraad,...
Het rad van avontuur
poëzie
4.0 met 6 stemmen
2.857 ’t Noodlot draait zijn wentelent rad;
Rijdt en rolt de aardbol plat,
Bergen op en over holen;
’t Rost en jaagt en zwiert en giert,
Toom en teugel bot gevierd
Rond en om naar lijn en polen,
Door zijn luimen voortgestierd.
Holt het over schat en pracht,
Het verplet ze door zijn vracht
E...
Het roosje.
poëzie
2.4 met 8 stemmen
2.518 Een jonge tuinman kweekte teder
Een roosje, dat zijn bloembed droeg;
Behoedde 't wel voor buiig weder,
En gaf het warmte en vocht genoeg.
't Was eindlijk zeldzaam schoon ontloken,
En menig had en kocht het graag:
‘Het is voorlang mij reeds besproken’
Was elk bescheid op elke v...
Verjaardag
poëzie
3.1 met 14 stemmen
3.887 Nimmer moegerende Tijd,
Voerman, die de wagen rijdt
Over bergen en door dalen!
Laat mij, laat mij adem halen:
Waar toch jaagt gij in galop?
Voerman, hou eens even op.
Welk een onafzienbaar end
Hebt gij rustloos afgerend,
Zonder pleistren, zonder pozen,
Over dorens en langs roze...
Raadgeving
poëzie
4.0 met 1 stemmen
954 Minnaars, wilt ge uit vrijen gaan,
Trek de stoute schoenen aan,
Schud de kindse blooheid uit,
Maakt ze, die ontvlieden, buit;
Neem het kusje, voor gij 't vraagt:
Nimmer wint hij, die niet waagt.
't Vrouwenhart is koel en wreed
Voor ons zuchten en ons leed;
't Wordt niet week doo...
Op de eerste tand van mijn jongstgeboren zoontje
poëzie
3.5 met 28 stemmen
6.563 Triomf, triomf! Hef aan, mijn luit,
Want moeder zegt: de tand is uit!
Laat dreunen nu de wanden!
Eerst gaf Gods gunst het lieve wicht
De adem en het levenslicht,
Nu geeft zij 't wichtje tanden.
Tromf, triomf! God dank er voor,
Want moeder zegt: de tand is door!
Nu lof en lied verheven!
G...
Voor mijn Hond
poëzie
3.5 met 23 stemmen
3.733 Alard is dood. Een traan ontsprong mijne ogen,
Toen hij de zijne sloot;
Ik schaam mij niet: ik ben bewogen:
Alard is dood.
Hij hing me aan 't lijf; hij kleefde me aan de kleren
Hij kwispelde aan mijn zij;
Nog stervend sloeg hij menig keren
Het brekend oog op mij.
Hoe dikwijls lag hij na...
DROOM
poëzie
2.8 met 19 stemmen
4.979 Aan Louise
Ik droomde deze nacht, dat, door de min verbonden,
Ik de uwe als Adam ware, als Eva gij de mijn’:
Ik weet niet welke snode zonden
Er toen door ons bedreven zijn;
Maar, toen de dageraad mijn zoete dromen kwam storen,
Heb ik het paradijs verloren.
Levenshulkje
poëzie
3.3 met 18 stemmen
3.074 Levenshulkje! steek in zee,
Voer uw vrachtje naar de ree,
Die ginds opblaauwt uit de baren:
Kindje-lief! geluk in 't varen!
Dobber zoet en zachtjes voort:
Welkom en geluk aan boord!
Ginderheen geleidt de tocht;
Ginderheen, langs klip en bocht,
Waar de wijkplaats ligt verscholen,
't Heu...
DE WIJSGEER EN HET KIND
poëzie
3.6 met 8 stemmen
1.931 De wijsgeer, in gepeins verloren,
Zwierf mijmrend langs zijn eenzaam pad:
Hij zocht geheimen na te sporen,
Die de Almacht hem verborgen had.
Een strijdig twijflen en geloven
Kruiste in zijn walend brein dooreen.
Nu zag hij vragend op naar boven,
Dan zag hij tastend om zich heen.
...
BIJ DE DOOD VAN EEN KAMERMEISJE
poëzie
4.1 met 10 stemmen
3.014 Zij was een wees, die vrienden had noch magen;
Zij was hier vreemd; zij kwam van wijd;
Zij kwam een dak, een leger vragen
En luttel brood voor trouw en vlijt.
Zij was zo zacht, zo zedig, zo bescheiden;
Zij won het hart, nog eer ze sprak;
Bevoorrecht, wie haar in mocht leiden
En opnam o...
MIJNE VERZEN
poëzie
3.6 met 11 stemmen
3.023 Zielloos staat gij, levenloos,
Zonder klem of zwier,
Zangen, uit mijn hart geweld!
Op het koud papier.
Neen, van 't uitgestroomd gevoel
Vonkt in u geen sprank:
Zielloos zijt gij, levenloos,
Noten zonder klank!
'k Heb de borst met u geroerd
En het hart gekneed,
Maar mijn adem was de z...
Wien Neêrlands bloed
poëzie
3.6 met 25 stemmen
4.759 Wien Neêrlands bloed in d'ad'ren vloeit
Van vreemde smetten vrij
Wiens hart voor land en koning gloeit
Verheff' de zang als wij!
Hij zett' met ons, vereend van zin,
Met onbeklemde borst,
Het godgevallig feestlied in
Voor Vaderland en Vorst,
Voor Vaderland en Vorst.
De Godheid, op ...
Aan Filira.
poëzie
4.0 met 1 stemmen
479 Wat tooit ge met benijde vingren
Die schone boezem schoner op?
Wat vlecht ge blaadje, bloempje en knop,
En doet ze óm ‘t fladdrend rokje slingren,
Terwijl ge 't haar met loof borduurt,
En spieglend in het vlietje gluurt?
Hou op! de tooi, waarmee ge u siert,
Verbijstert en verblind...
Bede
poëzie
3.2 met 4 stemmen
548 Streel en deel mijn ziel en zin,
God des wijns en god der min,
Wie ik offers wijde!
Deel me uw zoete gunsten mee
En vereen u op mijn beê
En verhoor me om strijde.
Lyeus! les mijn ingewand
Als de liefde ’t blaakt en brandt
Door ontgloeide flitsen;
Eros! Laat uw vuur mijn dorst,
...
Op een zelfmoorder.
poëzie
3.3 met 3 stemmen
730 Hij dacht zich door een korte dood
Te redden uit zijn bange nood:
Hoe heeft hij zich bedrogen!
Hier stak hij, achter struik en heg,
Zich voor het oog der mensen weg;
Daar boven staat hij moedernaakt:
En wat hem 't hier heeft bang gemaakt,
Is derwaarts met hem heengetogen:
Hoe heef...
De eerste stap.
poëzie
3.5 met 2 stemmen
918 Op de kruisweg van het leven
Is zo licht een valse tred,
Vrienden, in de grond gezet,
Die er nooit wordt uitgewreven;
Is zo licht een stap gedaan,
Die ons nooit terug laat gaan.
o Wat zijt gij hoog te schatten,
Lesjes, die de wijsheid vond,
Spreukjes in de vadermond,
Waar ik éé...
Mijne zangster.
poëzie
4.0 met 2 stemmen
769 Wel dartel, zo als meisjes meest,
Doch op haar tijd bedaard;
Wel zorgloos, maar niet los van geest,
En min vrijmoedig dan bedeesd:
Zie daar mijn zangsters aard.
Voor ieders oren zingt zij niet,
Dan tegen dank geprest;
Maar als geen mens haar stem bespiedt,
Dan schatert en dan schalt haar lie...
Raadgeving
poëzie
3.8 met 8 stemmen
2.353 Minnaars! wilt ge uit vrijen gaan,
Trek uw stoutste schoenen aan,
Schud uw kindse bloheid uit,
Maak van uw meestresse uw' buit,
Neemt het kusje vóór gij 't vraagt:
Nimmer wint hij, die niet waagt.
't Vrouwenhart blijft koel en wreed
Voor ons zuchten en ons leed;
't Spot wat met der b...
De kleine bedelaarster
poëzie
3.0 met 5 stemmen
2.254 Ik kom uit mijn dorpje: ik kom om wat brood;
Ik dool door het slijk en de slibber der straten;
Mijn kleed is gescheurd en mijn voeten zijn bloot;
Mijn moeder is krank en mijn vader is dood:
Wij schreiden zo luid, maar het mocht ons niet baten.
Heb meêlij, heb deernis, mijnheer en mevr...
AAN TESTILIS
poëzie
3.5 met 6 stemmen
1.280 Och, schone Testilis! waarom de min te ontvlieden,
Zo zoet, zo zalig voor ons hart?
Wilt ge aan het reinst gevoel, halsstarrig, weerstand bieden,
En vlamt gij op uw eigen smart?
Waartoe uw leven door te sterven?
Wat woede dwingt u, wreed, te derven,
En sneeuwt een winter neer op 's levens...
Oene van Sneek
poëzie
2.8 met 5 stemmen
2.347 ‘ Zeg Griete, wat doet toch die traan op uw koon?
Wees lustig, lief bruidje, wees blij!
Ik neem u tot dochter, ik geef u mijn zoon,
zo kostlijk geen vrijer als hij!
Gij krijgt hem tot man en hij neemt u tot vrouw,
waarom dan uw wangen zo bleek?’
Och, het radeloos kind dacht te stikken van ...
Bedelbrief
poëzie
3.8 met 8 stemmen
3.139 Wij gaan met schaal en bussen rond
En kloppen aan in al de wijken.
De nood is klimmende in de stad
Geef, burgerlui! geef allen wat,
En geef wat veel, gij rijken!
Verschoon u niet, onttrek u niet
De schatting wordt van elk geheven;
Ze is minder drukkend, dan men meent:
't Wordt immers slech...
Bij het lijkje van een kind
poëzie
3.2 met 21 stemmen
3.638 't Kruipend rupsje, moe gekropen,
Afgetobd in de enge cel,
Brak zijn kluisje fladdrend open,
Klapwiekte uit zijn dorre schel.
Zie, daar wiegt het, zie, daar zweeft het,
Aardse damp en druk ontvlucht;
Hoger vliegt het, hoger leeft het,
Zat gespeeld in lager lucht.
Voedster, droog de ...