als de dichter sterft
dwarrelen er woorden
uit de bomen
en huppelen
kwatrijnen
jamben
en alexandrijnen
dartelend voorbij
en daar wat verderop
bloeien verzen, rijm en strofen
op de hoge wei
maar
de dichter is niet meer
zijn pen is nu verstild
en de wereld
een beetje mooier
weer
zo is het goed
zo had hij ’t zelf gewild…
Normaliter had ik nu gezucht
onder een vreemsoortig gerucht
van wat ze hoe dan ook had gedaan
edoch toeval heeft anders gewild
Ik liep er overdag tegen aan
mijn Tante Jet in Nieuwegein
die instemmend omhoog getild
hoog in de lucht werd genomen
door een zesvoetig fenomeen
In één oogopslag bleek meteen
sprake van een oude Alexandrijn…
En rotsen, door scheurende bossen, gleeën
En 't leek de maat van zware alexandrijnen -
Neer op 't verraad in bloedige ravijnen
Door worp van velen, wein'gen, van hen tweeën.
'T werd avond. 'T zwart was blauw en 't wit oranje.
Zijn laatste riddergroet naar Charlemagne
Vloog naar het noorden, hoge, gouden zwaan.…
onzeker,
beperkt door
metrum en ritme
begeef ik mij op het ijs,
met als enige steun
de stoel van mijn gevoel
laveer ik,
intuïtief en handig
rakelings langs
jambe en trachee,
dactylus en anapest,
doe ik wanhopig
steeds mijn best;
omzeil, al doende, hexameter -
om amfibrachus niet te raken
mis ik zo ook alexandrijn -
waarom
moet…