ze was bang dat dat nimmer zou veranderen,
maar ze voelde dat er nood was aan rust en vrede, de mensen waren op: moegestreden,
zij zou er zelf wel voor zorgen, en niet morgen, nee nu direct, heden,
met haar eigen warm kloppend hart, ze was ten slotte een levend organisme,
dat nooit zou buigen of barsten voor fascisme, dan wel een of ander monotheïsme…
Dag zusje, jij bent de mooiste
niemand zal ooit mooier zijn
je houdt je groot
en laat ons de tranen
Dag broer, ik ben geen hogepriester meer
sinds vader de goden afschafte
en nu hij vermoord is
rust de hemel
helemaal op jou, zoals hij het wilde
word jij de koning van de Rivier
je laat de Zon stralen, zoals ik
hem zal laten stralen aan…