Een man in het zwart
voor het plaatselijke Sinfonietta
is één en al stilte
net zoals het publiek
Hij kust
zijn Stradivarius
uit 1702
Zijn liefde in zijn nek
Pernambuk in zijn hand
Het woeste geweld op de snaren
doet paardenharen knappen
Met zijn viool is hij één
Een grootse emotie
Hij komt in mijn ziel
Ben niet meer dezelfde
Hij…
zij bespeelt
de oude stradivarius
met ontluikend elan
haar snaren klinken
als voldragen woorden
wanneer zij haar
sprankelende lettertonen
uitstrooit in het hart
van een vergrijsde man
de viool, uit verguld
hout gesneden
trilt van vreugde
onder de vingers
van deze blanke lelie;
een meisje met een
nog pril aards verleden…
Het meisje is een jaar of zes
en speelt heel leuk viool.
Ze gaat nu al een poos op les,
beheerst knap de triool.
Haar vader groots van ijdelheid,
daarbij gefortuneerd,
ziet wond’ren in de kleine meid:
zij wordt geadoreerd.
Dus geeft hij haar op heur verjaar
een prachtig instrument.
Een eeuwen oude Stradivaar.
Hij kijkt niet op een cent…
ik wist dat het einde kwam,
nabij was, bijna tastbaar,
toen je rustig ging liggen
op de rulle, okergele aarde
je blik ging naar het blauw,
je keek naar de wolken en
je handen streelden teder
het malse, groene gras,
de Stradivarius speelde
nog eenmaal het adagio,
jouw adagio voor dit leven,
liquide, sprankelende klanken
vervulden ons…
.
-----------------------------------------
HET PAARSCHIP
Het bronst in 't paarschip
van de korduwener
Een pizzicato schmiert
de stromboli
Het kwinkeleert en stooft
bij de rivier
De vlerken van de vampier gloeien schener
Geschokt ramt stradivarius
de kas
Het schip paart ingetogen dubbelgangers
Aan gecastreerde krolse Franse zangers…