kinderen spelen
onder de linden in het park
en luisteren naar de wind
die in de bomen zingt
mild is de najaarszon
en van ’t puurste goud
of de zomer niet scheiden wil,
nog even draalt
om zijn bloemen
en bladerdracht weg te geven…
uiteindelijk wint toch de herfst
met storm en regen
en vallen ze vlug de blaren,
die moe gehangen
hij neemt bloemenkelken…
Wiekelwakke vlindervleugels
Grijs of terracottakleurig
Hemelsblauw of bleek als schelpen
Fladderen om bloemenkelken.
Naast een glad en zwart stuk marmer
Rusten door de zon verwarmde
Kopergroene hagedissen.
Soms ziet men een adder glippen
Fraai maar kwalijk om zijn beten
Zigzagzigzag gaan zijn strepen.…
leeg is mijn tuin
zonder jou
ieder bloemenhart is geknakt
gebroken in rouw
eens waren zij mijn symfonieën
in lentebegin
met snerpende vogels
en dansende vlinders erin
nu hangt aan ied’re bloemenkelk
nog een traan
voor wat zo mooi bloeide
en niet verder kon gaan
en grijze wolkensluiers
houden mij uit jouw zicht
en hopeloos zoek ik
naar…
Ach mensen, zult gij nooit verstaan
De taal van bloemenkelken.
Ik ben een bloem van 't veld
Voor mij geen tuin, geen snoeien.
Geen krachtige vaas die mij omknelt
Maar laat mij ginds, in 't vrije veld
Bij 'd andere bloemen bloeien.…
Zie ons hier succesvol staan: door alle netten
gevlogen draagster van petrolblauwe rok
en lila lijfje dat haar borsten als een openstaande
bloemenkelk omhult, schijnkindermondig
in gesprek met sprankelend scherp stuk
in deux-pièce, cape'je van changéant roze-oranje organza,
verantwoord geile zijsplit, trots op haar tong -
twee kakelgrage, fraai…
geen zangen dringen door ontsloten
vensters buitenwaarts om in gezocht duet
met luider merelfluiten of lijsterslaan
de vroege ochtend in te zingen
seizoenen zullen blanke toetsen tot
een dof en okergeel polijsten
het pedaal verbeidt zijn tijd in ruste
ontbloot kan ook 't notenschrift zijn kruis bewaren
't huis waarin hibiscus zijn bloemenkelk…
Ik wil je altijd blijven vinden
als een bij die haar nectar zoekt
tussen de bloemenkelken hun geurige sporen ,
tastend met mijn ogen
voelend met mijn hart
teken ik dan met penselen
elke lijn van jouw zijn
in mijn dromen
haast een ontastbaar beeld
als een fluisterende streling over je huid.…
verlies
interpretatiemogelijkheden die ik niet kies
koude bloemlezingen sterven
als schriftelijke vragen, late kristal lelies
alsof ik nooit bij jou weg zou zijn gaan
bestudeerde inktblauwe nacht broze plekken
verfijnd in mijn hart, gestolde verschrikking
ijs omringt de nachtelijke denker
ingehuld gebroken liefde in zacht roze wrap
de bloemenkelk…