ik draag mijn gemoed
naar het weidse
een eindeloze verte
verleg mijn grenzen
twist met de wind
als een gevouwen bootje
varend oeverloos
ongekunsteld broos
aanvaardend de
onstuimige golven
ziende naar de gloed
een horizon van moed
‘k slijp de scherpe kanten
van de vuursteen
fonkellicht warmt de bron
maar, anders dan voorheen…
Zachtlichte lentenen
mogen nu wentelen
aanwentelen,
hooglichte luchten
wolkenlichtluchten,
de lentenen -
Grote lenten met zonlichtboezems
in fonkellichte vér vallende blouses
waar hoofden zacht in liggen
donzig en ver als wolkenen,
de grijze stil-sneewige
die in wintermiddagen liggen.…