inloggen

Alle inzendingen over jongensjaren

6 resultaten.

Sorteren op:

Ten dode toe

netgedicht
3.0 met 10 stemmen aantal keer bekeken 186
De zwaluw lijkt als twee druppels water op die van mijn jongensjaren. De mees vliegt onveranderd doorheen mijn leven. Alleen ikzelf, dacht ik vol zelfbeklag, evolueer ten dode toe.…

Het teerste, door schaamacht'ge scherts verzwegen

poëzie
3.0 met 20 stemmen aantal keer bekeken 1.971
verzwegen, Het diepste, dat in half ontveinsde daad Zich buiten waagt, half bang dat 't zich verraadt, Half hopend, trots in enen en verlegen; 'T heiligste, dat langs laat begrepen wegen Mijn ziel opvoerde tot haar hoogste staat, Had ik aan sterke herinn'ring's gouden draad Tot diadeem voor één aaneengeregen En al het mooiste uit vroege jongensjaren…

terzijde (voor gerrit*)

netgedicht
4.0 met 3 stemmen aantal keer bekeken 650
dus kies ik de graskant en trap kleine bloemen stuk af en toe passeert een auto die ik in mijn jongensjaren grif thuis had kunnen brengen op merk, jaartal en benzineverbruik vreemd dat-ie leeg is of beter?…

Ach, ja, mijn vader.

hartenkreet
2.0 met 12 stemmen aantal keer bekeken 1.128
Spannende verhalen uit uw jongensjaren of de oorlog die u beleefde hoe u stiekem varkens slachtte zo spannend dat ik er van beefde Zittend aan uw voeten 't gezicht verwachtingsvol opgeheven klamme handjes van het zweet het met z'n tweetjes herbeleven.…
Moeke24 maart 2005Lees meer…

't Is zomer, zondagmorgen, een toneel

poëzie
3.0 met 15 stemmen aantal keer bekeken 2.094
Een toneel Zie 'k plots'ling voor me uit verre jongensjaren: Ik lig in 't gras; er liggen rozeblaren Overal om me, roze en wit en geel; Mijn moeder speelt piano, 't laatste deel Van Gounod's Faust. En 't leek op eens, als waren Aan 't trillen ergens in mij zelf de snaren, En 't bonsde door mijn borst tot aan mijn keel.…

In de zwaarte van de schemering

netgedicht
3.0 met 7 stemmen aantal keer bekeken 711
gordiaanse knoop Hier, in dit leven knarst de tand des tijds het gruis in open wonden Ongemerkt slibt het zout in jonge ogen tot geen traan de pijn nog schreien kan Hij stelt het licht geen vragen meer daar het duister hem zo benauwt En waar hij warmte vraagt rijpt de koude nog dieper in poreus gebeente als hij zijn overwoekerde jongensjaren…