Wee bepakte en bezakte
die nog in mijn zaken wroet
ik leef aan de oppervlakte
van een explosief gemoed
wie lome lompheid demonstreert
in mijn kast van porselein
bekomt van mij vrij onverveerd
een fantoom van eigen pijn
dump geen ballast in het duister
van mijn immer jagend zwerk
het zijn kussen die ik kluister,
afgedrukt in aardewerk.…
een handje vol zwart geel gebekt
floot uit zijn nest in het tederste groen
het hoogste lied van de zomer
woest sprong de hond zijn tanden gewit
naar de slapende kat en beet in de staart
van de zonnende dromer
we liepen met vrienden bepakt en bezakt
in het heetst van de stad over zinderende wegen
door zand naar het goudgele strand achter…
nu de tien wordt geruild
voor een vrolijker elf
die jou of je wilt of niet
in pubertijden brengen zal
wacht bijna op de basisschool
ook voor jou het laatste jaar
met meer en nieuwe diploma's
dan kikkers en waterrat hebben
ben jij inmiddels bepakt en bezakt
want naast het verkeersdiploma
bezit je nu ook het heus bewijs
van kennis van computers…