26 resultaten.
Dionyzos-Studiën III
poëzie
3.0 met 21 stemmen
4.711 Nu, lachend, speuren mijn begerige ogen
Naar iedre sater, die ik, marmer zie,
Beschonken, neergezonken op één knie,
De wijnzak drukkende; dra zat gezogen,
Loert naar een nymf hij met zijn scheel gespie:
Zijn dronken vingers bootsen, lustgebogen,
Krambevende haar lichaam na: gedogen
Zal hij het nooit, dat zij hem snel ontvlie.
Zijn lach grijnst…
GETEMD
poëzie
3.6 met 28 stemmen
6.884 In de doodsangst ijlde een hinde door het woud,
De wanhoop in het goudbruin oog, dat staarde,
Dat staarde, of 't ginds ook niet een uitkomst zag,
In 't ver verschiet... Reeds stond het bloedig schuim
Haar op de fijne snoet; de dorens wondden
Heur tere zijden, en de slanke poten
Verwarden zich in 't netwerk der lianen...
Een jonge jager, in…
BAADSTER
poëzie
3.7 met 29 stemmen
6.262 Een blanke nymf steeg ze uit het marmren bad,
En toefde op de eerste treê; heur armen beurden
En wrongen 't blonde haar, dat druipend nat
Nog van den amber der violen geurde.
Hoe 't rozig-blond van 't blozend rozenblad
De sneeuw haars teedren lichaams warmer kleurde,
Terwijl van paarlen vloeiende en omspat,
Zij lelie was, die in den dauwe…
NACHTBLOESEMS V
poëzie
3.9 met 22 stemmen
5.262 NARCIS
Aan de boord ener beke
Zie ik leliën dromend staan,
Wijl golfjes om haar stengels
Schuimend gaan.
Een rei als van nymfen,
Die zich beuren uit de beek,
Een rei als van sneeuwwitte bruidjes
Zo kuis, zo bleek.
En in heur midden heft zich
Een enkele narcis,…
O, sluimer zacht!
poëzie
3.1 met 24 stemmen
5.999 O, sluimer zacht!
't is al zo kalm:
Geen vooglengalm
Verstoort de nacht:
O, sluimer zacht!
Alleenlijk trilt
Mijn minnezange;
Die smacht en smilt
Van zoet verlangen,
Nu woest en wild,
Dan bevend-bange
In de avondstilt
Maar, laas, niet acht ge,
Ai, waarom niet?
Mijn zielsverdriet;
En spotziek lacht ge,
Went 't zangzoet lied
Der luite…
Kom mede in het duister, mijn kind!
poëzie
3.6 met 53 stemmen
7.053 Kom mede in het duister, mijn kind!
Kom mede in het duister, want de avond is schoon!
Als verstomd zijn de vooglen; geen enkele toon
Zingt er de zangrige wind.
Kom mede in het duister, mijn lief!
Kom mede in het duister, waar niemand ons ziet;
Niet ene enkele bloem ons nieuwsgierig bespiedt,
Waar ze op heur stengel zich hief.
Kom mede…
Nachtbloesems IV
poëzie
3.3 met 18 stemmen
4.660 Blauwoogje
Blauwoogje, dweep je niet met de nacht,
Als in de blauwe elk oogje zo lacht?
Bepareld laten de droomzieke rozen
Heur hoofdekes hangen bij 't schuchtere blozen.
Zag van heur zilvren tinne ooit de maan
Ons met zo lieflijke ooglonkjes aan,
En zuchtte ooit het zoeltje zo zangerig-zachtjes...
Hoor! 't lispt een naam in zijn achjes…
Melodie
poëzie
3.5 met 28 stemmen
10.891 Laat, o lieve, laat
Uw blanke vingren langs
De toetsen fladdren;
En licht.
Laat, o lieve, laat
De tonen kwelend vallen, als
Kristallen dauw,
Die van uw blanke vingren drupt,
En zoet
Vervloeit.
Luchtgewiekte melodie
Zweef klaatrend op!
Of juublend in een zilverlach,
Of smeltend...
Smeltende in een vliet
Van louter tranen...
Trillend…
Nachtbloesems VI
poëzie
3.3 met 45 stemmen
8.809 Op zee in schomlend schuitje,
Zo rank gelijk een zwaan,
Zou met een schalk-zoet bruidje
Ik willen gaan.
Geen bries, die ook maar even
De zilverspiegel brak;
Hoe zou ons bootje zweven
Op 't glazen vlak!
Hoe zou het golfje kabblen
Met murmelziek gesus!
Hoe spottend zou het babblen
Bij elke kus!
En wen wij minnensmoede…
MAAR 'T ALLERZOETST ...
poëzie
3.6 met 16 stemmen
6.494 Mijn kunst is als een fijn-geslepen kelk
Van klaar kristal, waarin een purpren wijn
Als vol robijnen fonkelt .... Zie, wanneer
Mijn lippen, laafziek, licht de rand van 't glas
Beroeren, koost de smaak mij als een kus ...
Nog zoeter dan zijn smaak is mij de aroom
Des wijns, wen ze, als de geur dier rode bloem,
Aan 't glas ontwelt, en mij bezwijmlen…
Uchtend
poëzie
3.7 met 11 stemmen
5.656 De mist, uit zilverpeerlen als geweven,
laat in de rozige uchtendschemering,
de helling langs der grauwe heuvelkling,
zijn golvend waas naar 't Westen toe verzweven.
Ter kimme heeft, uit donzen wemeling,
een rozewolk heur gouden wiek geheven.
Door 't dorre hout, waarin de druplen beven,
schiet de eerste schicht zijn schelle schittering.…
Ik wil de pure, rechte, marmren lijnen
poëzie
3.8 met 12 stemmen
4.604 Ik wil de pure, rechte, marmren lijnen;
De stille plooien, week en wit en breed;
De kleuren hèl in klare zonneschijnen,
De aromen, druivenzwijmlend, rozenheet.
Ik wil in steden blank op forumpleinen
De mensen móoi in vreugde en zelfs in leed,
Dat ik àl 't nietig kleine in grote en reine
Tragedies en verrukkingen vergeet.
Ik wil de…
Liedeken
poëzie
3.0 met 12 stemmen
2.566 Ik minde u zo teder, ik minde u
Zo teder met heel mijn ziel,
Wanneer door deze armen omwingerd
Uw hoofd mij ten boezem viel...
Ik aêmde op uw lippen mijn leven,
Ik smolt in een kus aan uw mond;
Ik smachtte om een hemel te geven...
Ai, ’k gaf maar mijzelve in die stond!
Er flikkerde een vlamme in uw blikken,
Waar de flonkrendste starre voor…
Een lent van vaerzen
poëzie
3.8 met 5 stemmen
2.709 In dons van wolkjens glijdt ginds
De zilveren sikkel der maan;
Die schijnt een gondel, een bootjen,
Dat vaart op de blauwende baan.
De wolkjens schijnen de golven,
Witgekuifd, met luchtende tint,
En de starren zijn zo schone leliën
Als niemand op aarde vindt.
Was die gondel mijn levensbootjen,
Ik nam je, mijn lieve, er in mee,
En wij zwierven…
Nachtbloesems VIIII
poëzie
4.2 met 11 stemmen
4.285 Kom mede in het duister, mijn kind!
Kom mede in het duister, want de avond is schoon!
Als verstomd zijn de vooglen; geen enkele toon
Zingt er de zangrige wind.
Kom mede in het duister, mijn lief!
Kom mede in het duister, waar niemand ons ziet;
Niet ene enkele bloem ons nieuwsgierig bespiedt,
Waar ze op haar stengel zich hief.
Kom mede in…
Nachten III
poëzie
1.4 met 5 stemmen
2.250 Wij, armen, laten ons weer en weer bedriegen;
Illusie is behaagziek als een vrouw;
Haar sluier veegt de wolken weg tot blauw
Het Niets weer glimlacht, en de sterren liegen.
Hoop blijft verlokkend ons met liedjes wiegen;
Verdwaasde minnaars, blijven wij haar trouw;
Onze ijdle ziel bindt zich na iedre rouw
Wieken weer aan om 't drogbeeld toe…
Nooit glijdt een verstandig woordje
poëzie
2.6 met 21 stemmen
7.718 Nooit glijdt een verstandig woordje
Van die rozenlipjes dijn;
Die moeten maar zonder pozen
Aan het schertsen en kussen zijn.
Die moeten maar altoos lisplen:
`Jij bent de liefste mijn!'
Maar meen je dan, dat dit immer,
Mijn schatje, genoeg zal zijn?
Ga ik aan het redeneren,
Dra ben je het luisteren moe;
Stil geeuw je achter je…
Nachtbloesems VIII
poëzie
3.3 met 12 stemmen
3.530 O, sluimer zacht!
't is al zo kalm:
Geen vogelengalm
Verstoort de nacht:
O, sluimer zacht!
Alleenlijk trilt
Mijn minnezange;
Die smacht en smilt
Van zoet verlangen,
Nu woest en wild,
Dan bevend-bange
In de avondstilt
Maar, laas, niet acht ge,
Ai, waarom niet?
Mijn zielsverdriet;
En spotziek lacht ge,
Went 't zangzoet lied
Der luite…
MAÏMA
poëzie
3.3 met 26 stemmen
10.356 De nacht, Maïma, is van maanlicht blond…
De maan, Maïma, strooit heur zilvren tranen
Langs ’t lispelzieke lover der platanen…
O, mengelen we onze zielen in deêz stond !
Met mijmrend oog en murmlensmoede mond,
Zo ligt, o, allerloomste der sultanen!
Gij in uw hangmat wieglende aan lianen,
Terwijl uw lokken kronklen tot de grond…
Het purpren…
Leda*
poëzie
3.9 met 14 stemmen
8.156 Het avondrood vloeit neer langs tak en twijgen.
Een purperschemer koomt in rozengloed
Het bloesemblanke bladerdak doorzijgen,
En bloost op elke rimpel van de vloed.
Uit haar violen, waar in geur zij rustte,
Verheft ze zich...wat haar dus rijzen doet?
Haar wildzang in d'akanth* heur droom ook suste
Haar 't zongegloei zacht-koestrend overtoog…
Nachtbloesems III
poëzie
2.8 met 14 stemmen
3.473 III
Het duister omhuifde de velden;
Droef dwaalde het maantje omhoog,
En droef zag het steeds op ons neder,
Als met een brekend oog.
Wij doolden te zaam door de velden;
Wij hadden elkander zo lief!
Ik zoend' haar, en 't zoeltje lispte:
`O, jij diefje, o, zoentjesdief!'
Plots klonk er een lach in de halmen;
Zij schrikte,…
NACHTBLOESEMS (II)
poëzie
3.8 met 16 stemmen
4.014 Nooit glijdt een verstandig woordje
Van die rozenlipjes dijn;
Die moeten maar zonder pozen
Aan het schertsen en kussen zijn.
Die moeten maar altoos lisplen:
'Jij bent de liefste mijn!'
Maar meen je dan, dat dit immer,
Mijn schatje, genoeg zal zijn?
Ga ik aan het redeneren…
Middernacht
poëzie
3.4 met 29 stemmen
8.900 I
Langzaam galmen
Twalef slagen,
Door de kalme
Beemd gedragen,
Als een gillende
Kreet van smarte,
Plots omtrillende
't Brekend harte!...
II
En voor Jezus' outer
Nijgt de nonne neer.
Heure lippen lisplen,
Purperloos en flets,
Bij 't nauw-hoorbaar wisplen
Woorden des gebeds:
'Uwe liefde louter'
Mijne ziele, o, Heer!'
Als een…
Nachtbloesems
poëzie
3.1 met 26 stemmen
6.354 De zoeltjens suizlen door de blaêren,
Het maanlicht lacht met luchten straal,
En in de hooge rozelaren
Weertrilt een schelle nachtegaal.
Droomt ge op uw sponde
Reeds in vree,
Of hoort ge, mijn blonde,
Die org'lende bee?
Steeds blijft uw wit gordijn gesloten;
Geen schuchter handjen beurt het op;
Toch zie 'k uw zoet gezichtjen…
Zeg, liefken, heugt
poëzie
3.6 met 35 stemmen
7.176 Zeg, liefken, heugt
U nog de vreugd,
Wen op het kabblend water,
Zo spiegelrein,
Als kristallijn,
Zo ruisziek van geklater,
Ons kleene boot
Daar vlugjes vlood
In 't maanlicht, dat er glanste;
Een notendop,
Zoals zij op
De golfjens dobbrend danste;
Een rozeblad,
Waarin een schat,
Een parel, lag te luchten:
Mijn bange…
Nachtbloesems I
poëzie
3.5 met 38 stemmen
6.005 I
In dons van wolkjes glijdt ginds
De zilveren sikkel der maan;
Die schijnt een gondel, een bootje,
Dat vaart op de blauwende baan.
De wolkjes schijnen de golven,
Witgekuifd, met luchtende tint,
En de sterren zijn zo schone leliën
Als niemand op aarde vindt.
Was die gondel mijn levensbootje,
Ik nam je, mijn lieve, er in mee…