100 resultaten.
Lente
poëzie
4.0 met 15 stemmen
3.901 Had ik uw adem, Nachtegalen!
Uw zilvertoon,
Langs alle heuvlen, alle dalen,
Zou ik uw smeltend lied herhalen,
Zo vol, zo schoon!
Ik prees die God in mijn gezangen,
Die veld en woud
Weer 't groene kleed heeft omgehangen
Na zoveel maanden van verlangen
Zo blijde aanschouwd.
Ik zou die grote Schepper loven,
Die, ongezien,
Zijn troon gevestigd…
AAN EEN GRIJZE TEGENSTANDER.
poëzie
4.0 met 2 stemmen
784 De grijsheid blijft ons eerbiedwaardig.
Maar, is ze ook al de kluts niet kwijt,
Ze is, wat ze ook zijn moog, eigenaardig
Niet op de hoogte van de tijd.…
Jong blijven.
poëzie
3.0 met 7 stemmen
2.365 Het hart blijft jong en wordt niet oud,
Wanneer 't zich fris en open houdt
Om al wat menslijk is te voelen,
Te voelen wat een kind verblijdt,
En wat er door de geest moet woelen
Eens jonglings, in zijn schoonste tijd.
Die zijn verleden in zich draagt,
Blijft jong, al is hij welbedaagd,
En wekt der jonkheid geen mistrouwen.…
IN DEN VREEMDE.
poëzie
4.0 met 1 stemmen
1.346 Zo klonk ze nimmer nog me in 't oor, —
Zo rein, zo roerend nooit, als hier
1k laat er Grisi's zangen voor,
Manzoni's gulden lier.
't Is of dat vriendlijk spraakgeruis
Me in toverdraden wart;
'k Zie beelden zweven, teer en kuis,
Voel oude vreugden, zoete smart ....
Ik denk aan zoveel liefs te huis ,
En 't wordt me week aan 't hart.…
AAN ENE WEDUWE.
poëzie
4.0 met 1 stemmen
1.053 De vertroostingen Gods zijn nooit te klein,
Hoe groot het leed moog wezen.
De God, die ze schenkt,
en ons lijden gedenkt,
Zij eeuwig gedankt en geprezen!
Houd dan moed onder 't kruis! Hoe zwaar het drukk',
Het zal u nooit verpletten.
Rijze 't leed voor uw oog
als gebergten omhoog:
Het geloof kan ook bergen verzetten.…
DE EOOLSE HARP
poëzie
4.0 met 3 stemmen
787 De eoolse harp ruist in de nacht,
Ruist op de toon der treurgezangen;
Aandoenlijk als de weke klacht
Van 't hartje, dat van liefde smacht,
Of breekt van onvervuld verlangen.
Die doorslaapt, waar die citer slaat,
Sliep zeker in met zoete dromen;
Die slaaploos aan het venster staat
Wendt naar de kant het bleek gelaat,
Vanwaar de galmen overkomen…
Namaals rust.
poëzie
3.0 met 2 stemmen
1.663 't Verlangen van de Jeugd
Is vreugd
En woelig tijd verdrijven;
Moede Ouderdom schept lust
In rust;
De mijne in werkzaam blijven.
Zolang de Hoogste macht
Mij kracht
Naar lijf en ziel blijft gunnen,
Is 't mij niet enkel goed,
Maar zoet
Te doen wat Zij doet kunnen.
Dit zij, min leven lang,
De dank
Aan die 't mij gaf en rekte…
Over 't paard tillen.
poëzie
4.0 met 2 stemmen
1.550 Uw nauwgezetheid is beducht
Mij ‘over 't paard te tillen.’
Maar is er iets wat u belet
Dat gij mij in de zadel zet?
Gesteld - dat gij 't zou willen.…
Sta bene.
poëzie
4.0 met 1 stemmen
1.085 Wij zijn een natie van stavast, niet waar?
Ziedaar een trots, waar we onze troost bij zoeken.
Nu ja; die predikant staat hier of daar,
En onze kunst en wijsheid staat in boeken.
't Is alles even staande, als een pilaar.
Wij hebben staande jassen, staande broeken;
‘Die rok staat goed!’ In Frankrijk zou het zijn:
‘Mais cet' habit, mon…
Najaarslied.
poëzie
3.0 met 5 stemmen
1.424 Ik ken geen schoner kleuren
Dan die van 't Hollands bos
In bruine najaarsdos;
Ik ken geen zoeter geuren,
Dan die uit droge mos,
Uit geelrode eikenbladeren
En varenkruid dat bloeit,
Mij op het koeltje naderen,
Dat met mijn lokken stoeit.
Ik ken geen schoner zangen
Dan vink en lijster slaakt,
Bij 't morgenlicht ontwaakt,
Eer…
Meidag.
poëzie
3.0 met 4 stemmen
1.653 Nu draaide 't windje, met de zon,
Door 't oosten heen naar 't zuiden;
Dat is zo goed als 't wezen kon,
Voor boer en buitenluiden.
Het blaadje rolt zich uit de knop,
Het veld wordt groen, het zaad schiet op,
De nachtvorst zal 't niet plagen;
Wij krijgen warme dagen.
Wij hebben lang genoeg gezucht,
Als werden wij vergeten;
Daar komt…
Voorjaar.
poëzie
4.0 met 3 stemmen
1.349 Mijn hof ontwaakt, wordt groen, wordt wit
Van bloesems aan de twijgen:
Reeds zoo veel malen zag ik dit,
Maar kon er nooit bij zwijgen.
Het blijft een wonder in mijn oog,
Zoo wonderschoon te aanschouwen,
Dat krachtig opwijst naar omhoog,
En aanspoort tot vertrouwen.
Hij leeft nog, die het leven geeft
En weergeeft uit de doden!…
RUTH
poëzie
3.0 met 4 stemmen
1.148 De lieve Ruth, de lieve Ruth!
De dochter Moabs, de getrouwe!
Die, zelve een droeve weduwvrouwe,
Een weduw was tot steun en stut;
Gezegend zij de stroom van smarte,
Die toen haar minlijk oog vergoot,
Toen uit Naomi’s brekend harte
De zegen op haar nedervloot:
„Gods liefde zij als de uwe groot!”
Zij hief haar stemme op en zij schreide,
En…
Stil is de nacht.
poëzie
3.0 met 5 stemmen
1.884 Stil is de nacht en lieflijk blinkt de maan;
Vermoeidheid rust met zorg en vrees en smarte, -
Maar liefde waakt in 't rustloos kloppend harte,
Zij, zij-alleen kan niet ter ruste gaan!
En waar legt Gij het lieflijk hoofd ter rust?
Melieve, waar spreidt u de slaap haar bloemen?
Wat legerkoets kan zich gelukkig roemen,
Dat zij u draagt en op…
Kerstavond
poëzie
3.0 met 5 stemmen
1.225 Troost der armen.
Wat buigt ge u neder, o mijn ziel,
Waarom dus gans verslagen?
Alsof op u al 't donker viel
Der donkerste aller dagen!
Besterft ons lamplicht op zijn pit,
Die uitgaat van de droogte,
Wij hebben beter licht dan dit,
In d' opgang uit de hoogte1).
De middagkost was zeker schraal;
Elk onzer nam hem zuchtend;
Niets…
Een stem van de overzijde.
poëzie
4.0 met 3 stemmen
1.104 Als 't leven over-leven wordt,
Al is het kort,
't Schijnt lang te duren;
Hoe pijlsnel vroeger tijd verdween,
De laatste zijn de slependste uren;
Zij kruipen heen.
Maar troost de Heer, die ik aanschouw,
U in uw rouw,
Steunt Hij uw voeten,
Zo zult ge uw weg gemoedigd gaan,
Totdat wij ons bij Hem ontmoeten, -
Treed rustig aan!…
VERWORVEN SMAAK
poëzie
2.0 met 2 stemmen
1.041 Rijmloze verzen, in het metrum van de Griek,
Zijn lekker als — tabak. Die maakt gezonden ziek;
Wekt walging; ’t koude zweet breekt uit; het komt tot braken.
Maar ’t went wel en begint van lieverlee te smaken.
Ten laatste vindt men ’t heerlijk, en het heet:
'Zo’n fijn sigaartje is ’t keurigst dat ik weet.'…
Najaarslied
poëzie
4.0 met 2 stemmen
889 Ik ken geen schoner kleuren
Dan die van 't Hollands bos
In bruine najaarsdos;
Ik ken geen zoeter geuren,
Dan die uit droge mos,
Uit geelrode eikenbladeren
En varenkruid dat bloeit,
Mij op het koeltje naderen,
Dat met mijn lokken stoeit.
Ik ken geen schoner zangen
Dan vink en lijster slaakt,
Bij 't morgenlicht ontwaakt,
Eer hen de strikken…
GERMANISMEN.
poëzie
2.0 met 2 stemmen
800 Gij hebt mij, lieve Buren!
Uw t o o n s t u k niet te sturen;
Ik zing niet gaarne op D u i t s;
Houdt, daar gij mij door ’t oor boort
Met uw afgrijslijk v o o r w o o r d,
Uw l i e d e r t a f e l s thuis.
Verlost mij van de d a a d z a a k,
Waarover ik mij kwaadmaak,
Gewis niet zonder grond!
En w i j s, om mij te grieven,
Niet h e e n naar…
Wij zijn kindren van ons land.
poëzie
4.0 met 2 stemmen
1.118 Volkslied.
Wij zijn kindren van ons land,
Vrije Batavieren!
Bloemen van de waterkant
Ons de hoed versieren.
't Water dreigt, maar krijgt ons niet
Achter onze dijken,
En de verste zeeplas ziet
Onze vlaggen prijken.
Dankbaar dienen we onze God,
Eren onze koning;
Slechts op trouw aan 't hoogst gebod
Wachten wij beloning,…
Lelijk? mooi?
poëzie
4.0 met 1 stemmen
1.644 ‘Lelijk!’ zegt gij. - Neen voorwaar!
Veel moge aan dit schoon ontbreken:
De adel van een ziel is daar,
Die van 't schoonste weet te spreken,
En de liefde van een hart,
Dat nooit moe van weldoen werd.
‘Mooi!’ verklaart gij. - Waarlijk niet!
Niets moge aan die schoonheid falen:
Die de koude glimlach ziet
Om gesloten lippen dwalen,…
Het putje van Heiloo.
poëzie
4.0 met 4 stemmen
1.413 Hoe lieflijk ligt het klein Heiloo
Van 't hoge bos beschut;
Een kerk zeer oud staat daar gebouwd,
Daar achter is een Put.
Die Put (een schat voor mens en beest)
Met heldre bron gevuld,
Die is daar altijd niet geweest,
Zoals gij horen zult.
Toen Willebrord de Kruisleer bracht
Van d' overkant der zee,
Was 't hier één zand in 't…
Uitersten
poëzie
4.0 met 3 stemmen
1.825 Soms wil men oud zijn vòòr zijn tijd;
Maar wordt het tijd om oud te wezen,
Die fraaie wil slaat om tot vrezen,
En kreeg men liefst nog wat respijt;
Soms is men àl te goed genezen,
En wil nu jong zijn, ná zijn tijd.…
Duivelen wijsheid
poëzie
4.0 met 3 stemmen
1.394 1. DIEN SLECHTS EEN ENIG GOD. Zo zij 't!
Voor twee heeft niemand lust of tijd.
2. KNIEL VOOR GESNEDEN BEELDEN NIET.
Tenzij gij ze op rijksdaalders ziet.
3. VLOEK NIET. Wat helpt het? Blijf bedaard,
En kijk uw vijand in de kaart.
4. KERK ELKE ZONDAG. Wat men zegg',
Het blijft tot veel de beste weg.
5. EER UW MEERDERE…
In het bos
poëzie
4.0 met 1 stemmen
1.724 Dichter:
Hef aan, hef aan toch, nachtegaal!
Indien ik door dees bossen dwaal,
Is 't om uw lieve stem te horen!
Laat duif en koekoek niet aan 't woord;
Voor die hier gaat en u niet hoort,
Zijn schrede en tijd verloren.
Nachtegaal:
Gij dwaas! 't is niet voor uw vermaak,
Dat ik mijn zoete zangen slaak,
Ofschoon 't uw eigenwaan zo schijne…
Oost west, thuis best
poëzie
Er is nog niet op deze inzending gestemd.
2.604 In hoven en hoeven,
in Oost of in West,
Moog 't goed zijn te toeven:
thuis is het best.
Geen plekje zo heilig,
Geen kerk of geen kluis
Zo vreedzaam en veilig
Als 't vreedzaam Tehuis.
't Zij prachtig in 't Oosten,
't zij heerlijk in 't Zuid;
Natuur sprei er schatten
en wonderen uit;
Het goud moge er lokken,
de wellust, of de eer;…
Jong blijven
poëzie
2.0 met 2 stemmen
2.218 Het hart blijft jong en wordt niet oud,
Wanneer 't zich fris en open houdt,
Om al wat menslijk is te voelen;
Te voelen wat een kind verblijdt,
En wat er door de geest moet woelen
Eens jonglings, in zijn schoonste tijd.
Die zijn verleden in zich draagt,
Blijft jong, al is hij welbedaagd…
Jan logica
poëzie
4.0 met 1 stemmen
1.998 Jan lag te slapen in zijn wagen. Schelmen komen
En spannen Blesje uit, en tijgen op de rit.
Ten laatste, Jan ontwaakt. „Hoe?" roept hij uit: "Wat's dit?
Van tweeën een: men heeft mijn paard mij afgenomen ,
Of ik nam, in mijn slaap, een wagen in bezit."…
Poëzie
poëzie
4.0 met 2 stemmen
1.886 De Poëzie zit in de geest. Voor hem
Die aan wat is niets van het zijne toe kan voegen,
Is heel de wereld dof en zonder stem;
Hij moet zich met haar proza vergenoegen.…
De Leidse visser en het Haarlemmer meer in 1852
poëzie
3.0 met 3 stemmen
1.368 Nu is het Meer niet meer;
Het moet zijn water missen;
Het krijgt het nimmer weer -
En nog wil Caubes vissen.
Het wilde-andijvie-kruid
Schudt overal zijn stengelen,
En strooit zijn pluizen uit -
En nog wil Caubes hengelen.
Het koolzaad zal eerlang
Hier veld bij velden kleuren;
Het ploegpaard komt te gang -
En nog wil Caubes…