Fouten maken, dat mag
is wat ze zeggen.
Dat is ook wat ik dacht,
alleen wat ik nu pas weet is,
’t geen waar ik ’s nachts van zweet,
dat ik niet bang ben voor het maken van een fout,
maar voor hetgeen daarna.
Het geschreeuw, het drama, de verwijten.
Zo zijn wij toch niet getrouwd?
De consequenties zijn niet mild,
waardoor niemand een fout…
een waas van blekend blad
de geur van oud geworden lucht
onaangenaam en bitter stil
bewegingsloze ruimte
zijn wereld is op slot
hij lijkt vergrendeld
voor alles wat naar binnen wil
slechts flarden van rumoer
dringen angstaanjagend door
vreemdheid gevend aan de ruimte
hij zit daar stil en bijna stijf
hij is alleen zijn oude lijf
zijn geest…
stroomopwaarts in een drukke straat
zijn woorden hoorde hij alleen
hij sprak ze uit
in zacht geluid
en vielen snel uiteen
als letters op een witte steen
gescheiden van hun zin
en zwijgend ging hij verder
en dan
stroomafwaarts
kwam hij terug
vermoeid
maar bij de witte steen
sprak hij ze toe
en reeg ze weer aaneen
en sprak ze uit
in mooie…
denkend loop ik luisterend
naar de zachte wind
onverwacht bewogen door
een sprankelend springend hert
in vlucht voor waargenomen onheil
ik kijk hem na
verrast en ook nog gissend
naar de reden van zijn angst
en van zijn bliksemsnelle sprong voorruit
en van de dreiging in zijn blik
die worstelt met een koele denk
alsof zijn weg gepland
zijn…
in mijn pantoffels gestoken
bezie ik mijn scherm
vol van afgrijzen
zojuist hebben zich
wederom
onwetenden geopenbaard
die zich via
textuele neuzelarijen
een plaats hebben verworven
met hun eindeloze ego
op het podium van menselijk
onvermogen.
ik staar naar mijn pantoffels
zij geraken sleets
en vaal
zij beginnen te stinken
maar ik durf…