De varens trilden daar; zij kroop tevoorschijn bij de linde,
die sluierfantasie, dat elfje. Zie je, zij bestaan!
Een elfenkring bij volle maan, dat is allemaal geen waan.
Die Godina, sneller dan een kind, bevallig als een hinde.
Terwijl ze vliegt, verguldt de zon haar lijf en vleugels.
Even rust zij bij water dat kabbelt - een dageraadslied -…
Zelfs de natuurwezens die de mens niet ziet
stonden in rijen van tallen voor hun relaas
want de eik sprak elke week met Rien.
Die was niet gek
alleen zijn fantasie niet de baas.
Zo leerde de eik elk vogellied fluiten
keek naar bokswedstrijden van de haas
zag hoe de eekhoorns leerden muiten
en merkte de mens op als grootste dwaas.…