Een Arlequin in watergroen
versleten roze draagt Colombine
de hof is groot de bomen hoog
het roodste rood van de ahorn
op 't diepste groen van dennen
wij stappen kleine stappen
-hoe is de kiezel scherp aan uw satijnen schoen-
het pak van Arlequin is watergroen
opdat het passe bij 't versleten roze van uw rok
en als de schaduw zij van uw assen…
in de nacht naar jou
een droom die blaast doorheen de woorden
misschien ontwaak jij zwetend uit je slaap
ongrijpbaar als het blad een tak
dat op je kussen ligt te rusten
verschrik je niet, mijn adem streelt je
waar herfst zich groeit door ’t dak
in woorden, vingers, steken in een zomerhart
alsof er nooit een eerste vriesnacht komt
in ahorn…
Herfstige kleuren
gedragen door boom en struik
een tweede lente
Hoe mijn aandacht wordt gevestigd
op brede waaier van kleuren bij een ahorn aan de
waterkant waar ze licht en warmte uitstraalt in adembenemend
decor van hemelsblauw, stralende zon en enige witte voorbij drijvende wolken.…
de overkant met bosschage ruim bekleed
de berm en sloot met planten volgegroeid
en raak ontzettend eindeloos geboeid
ik zie margrieten, boterbloemen ridderblad
els braam reuzenvaren rietgras beukeboom
fluitekruid distel kleverklas en bitterkruid
de zuring koekoeksbloem en rode klaver
adderkruid ranonkel braam en wilde haver
meidoorn ahorn…