Een late bader op het strand
De zee herademt na de zomerdrukte
en rolt haar natte loper uit
steeds weer, steeds weer...
Getijdenmoe, maar nooit aflatend
geeft zij gehoor
aan eb en vloed
onstuimig op het ritme
van een eerste najaarsstorm.
Een verloren meeuw
krijst zich moeizaam
een weg
naar het ruime sop.…
Dwars door de tuinen
Van roos en ranken
Zich ’t pad te banen,
Dan door de lanen
Van zand en dennen
Vluchtig te rennen
Tot waar de kruinen
Van hoge duinen
In ’t blauwe blanken
En zo te naderen
Met zwellende aderen
In laatste loop
De harde golven
En, overdolven,
Hun koele doop.…
berichten omhoog
langs het vliegertouw
licht van behuizing kleine
wolken alles is gereed
draadloos luisteren naar
de hemel
stemmen verdwalen in
een droom vermengd
met geur van zonnebrand
slapers drijven naar een
verste rand maar
de golfslag van warmte
spoelt hen weer aan land
om de dag te rekken verslindt
geruis eb en vloed baders…
Demer
in de Dijle
en de Dijle
in de Rupel
en de Rupel droeg
haar tranen
in de schoot der Schelde
en de Schelde stortte
haar groot verdriet
in de Noordzee
waar
duizend maal duizend
vissen proefden
van haar grote smart
zo vormt zich
het zout van de zee
een beetje
door de droefenis
van onze tranen
jij onbekende bader…
Algemene vlucht der baders
uit het paradijslijk bad.
Een klein kleuterjochie werd er
Bij zijn naakte kraag gevat.
En d' apostel van de reinheid
- Baken in de ontuchtzee -
Vroeg aan 't kleine verschrikte jochie:
Deden er ook meisjes mee?
'k Weet niet, jammerde het ventje.
Weet je dat niet? vroeg de man.…