hij bakent zijn territorium af
plast
tegen iedere prikkel
de draad, voor haar, loopt geen kant meer uit
en nu ze niet meer huilen kan, de dagen
anders denkt
lapjeskatten met het oog gevolgd worden
krols en mooier, binnen blafbereik
verliest ze de zon
en haar lichaam dat aan de wolken hangt
omwille van
en haar naam vergeten…
een huis in een
smalle straat met
lindegroene bomen
is het houvast
van een frèle vrouw
haar baken een
burcht om te kunnen
blijven om te schuilen
achter een donker
ondoordringbaar gordijn
volgen haar ogen
de passanten
niemand ziet ze
over het hoofd
men vindt haar
zoveel later
levenloos in de stoel
de opgezette lapjeskat…
Twee lapjeskatten.
Een mooie baan. Kinderen: goed verstand.
Aardige vrouw. Zo kun je nog wel doorgaan.
Zelfs met je ouders heb je nog een band.
Tijdig, omstreeks je vijfendertigste,
heb je je valse ideaalstelling herkend.…
Zohra heeft een nest gebaard:
beneden in de stal liggen moeders muizen: een
lapjeskat in grijze tinten, een witte langhaar
en een grijsgestreepte kitten in het hooi. Om
middernacht loop ik vanaf de cello twee trappen
lager als ik vage boventonen meen te horen.…
al lichten ze op in het schijnsel
van de vroeg geboren ochtend
al wemelen zij rond
haar zwart en wit gesokte voeten
zij ziet haar woorden niet
al groeien ze in schaduw
tegen muren
uit ogen van mensen
de kwispelstaart van een hond
en de grijns van haar lapjeskat
zij zwemt in woorden
woorden als zachte strelingen
woorden glad als…
Geel bruin
koren wuift
blaast de wind
stuifmeel stuift
zee in verte
duin en dal
weidelanden
koe met stal
bloemen bomen
vogel meeuw
tijd staat stil
voor jaar en eeuw
boeren-huisje
akker ploeg
kindje speelt
plaats genoeg
ouwe ezel
hinnik lacht
vrolijk rustig
dag en nacht
boer boerin
beide buiten
lapjeskat
vogels fluiten
blauw…