Als hij lacht dan sneeuwt het rozen
zijn wenkbrauw is een dennenbos
of brandnetels, wuivend in de wind.
Als hij lacht dan sneeuwt het rozen,
ik heb hem lief, ik ben zijn kind.
Zijn oor een vat vol fluistering,
het fluistert er vol rozen
en honinggeur hangt in zijn haar,
zijn hand, een korenaar.
Het sneeuwt, als hij lacht, vol rozen.
In…
Ontwaken in de nacht -
de kalmte van dit ogenblik
verbreidt zich achterwaarts
maar is ook vol belofte:
een kachel die nog niet ontplofte.
------------------------------------
uit: 'Zeemeeuw in boomvork', 1994.…
De bomen in de schemer het zwartst
en schrikbarend groot
als de geesten van straks.
In een vijver gaan eenden mopperend slapen.
Er is niets te voelen na zonsondergang,
afwezigheid.
Niets te vermoeden,
nacht is nooit weg. Bomen
maken de dag, ze stralen
met jong maar bezadigd lommer
dat aan zijn voet kuilen graaft,
schaduw kweekt voor later…
Mijd zondagmiddagglibberpuddinggroen,
het bospadzeeflichtstralende; verdrijf uzelf
uit kroondomeinnatuurwoudlopersparadijsjes
eer hete Satansadem van gezinshoofd ei kookt.
Eén egel is geen egel: de grootste, roodste
wangt aan de kim, ontstekeld en geplet
maar al te vlees als gras. Er rijst een roep
om naderstaan, vergrijzender der laatste…
Vervloek me, vliespotige krijsende engel,
belaag me. Hoe walgelijk ook het slijk
de einder moet bereikt. Het wassen begint er,
het beter tij. Van kindsbeen, van huis uit
is mij ingefluisterd: op water lopen kan,
voor wie bereid is om de zee te drinken.
---------------------------------------
uit: 'Verschiet', 2001.…