Zoet nestje, voor de zomer best,
Doch niet in elk seizoen.
Het oude, daar voor 't eerst mijn hart
Gesmaakt heeft, wat niet al!
Een liefde, een zaligheid, een smart,
Die 'k nooit meer smaken zal!…
De aard heeft een plek voor al haar bloemen,
Een nestje voor elk vogelkijn:
Mocht ik een bloemtje, een vogel zijn!
Thans kan ik niets het mijne noemen.
't Is ál voor mij verboden grond:
Ik zou geen zode durven steken,
Ofschoon ik ook in woeste streken
Een lapje dorre heide vond.
“Voort!…
onverwachte heengaan
dat jij en niemand aankomen zag
eerder nog schrijft de herinnering
steeds weer nieuwe hoofdstukken
ons met herleefd geluk vervullend
de jaren van samen zo gelukkig zijn
met de liefde van en voor het leven
schonken twee loten aan de stam
die jij liefdevol zorgzaam koesterde
net als de hartjes die zij veroverden
om een eigen nestje…
Hij vlood, gelijk de vogel,
Die, door een pijl bezeerd,
Nog bloedend voort wil vliegen,
Maar nooit naar 't nestje keert.
Daar staat 't verlaten huisje
Nog in het distlig duin;
Het kruid schiet uit de stenen;
De mol wroet in de tuin.…
Met volgeladen kropjes
Vliegt hier en ginds een zwaluw
Naar 't kunstig kleien nestje,
Dat zij met gul vertrouwen
In dak en schuren hangen:
Hun vrolijk kunstloos zingen
Vergroot de lieve eenvoud
Van 't landelijk toneel.…
Ook zagen we een nestje, waar de hen
LAg naast het haantje, de oogen toe en veer
In veer -- maar verder haastten we ons we$ecirc;r.
Totdat we kwamen waar de roode bloei
Van een meidoorn de nacht vervuld'. Er woei
Geen wolkje en de geur hing vol en dicht
Om alle takken.…