Het licht reduceert ons tot een landschapje,
waarin ik vrees dat ik niet zweef maar slaap.
Hoe de vloer slijt waar ik loop,
waardoor ik hier ga en hier blijf.
Misschien beter blijven dan gaan.
Wat een smoel.
Waarom sta ik voor de spiegel?
Veertig ben ik, geen veertig ben ik.…