zij wist
de ketting
vol te maken
zag hoe
handen
elkaar raakten
de cirkelkracht
zijn eerste
schijnen gaf
indrukwekkend
klonk het
sonore geluid
waarmee
duizenden mantra’s
werden geuit
hun gelijkvormig
bewegen openden
warme uitnodigingen
om in de wereld
te leven en er
deel van te zijn
om zo de patstelling
teniet te doen…
in een patstelling
wachten de stukken
op het grote schaakbord
schreeuwend wacht een paard
op zijn noodlotssprong
het offer dient gebracht
voor het redden
van de witte koningin
oude slagvelden herleven
eeuw na eeuw
zwart-witte vierkanten
weerspiegelen de strijd
op leven en dood…
hier ben ik dan
tussen lotgenoten
in een gesloten binnenring
van daarbuiten mist nu
woordelijk herinnering
soms daagt het even maar
geen ontstijgt ons bakervlak
niemand weet noch zegt
hoe het anders kan…
te noemen
wit eerst, opgevolgd door de zwarte, de strijdklok zal snel zoemen
Rubus
’t blijft bij schijnbewegingen, ‘n ontbrekend plan-de-campagne
de paarden verdienen meer zegeningen, ’t valt me godsgruwelijk tegen van je
Kultus
’n god is voor ’n potje schaakmatten te laf en afwachtend te noemen
wit eerst, opgevolgd door de zwarte, zijn patstelling…
In die patstelling sta je voortdurend.
Tevens ben je te open voor deze keiharde
wereld en ben je vaak een prooi van vuile
lieden, die daar misbruik van maken. Ze
zien dat je anders bent en dat je maar wat
doolt. Je bent uiterst kwetsbaar, maar je
wil ook graag normaal menselijk contact.…