malende schroef
tegen de hemel
aan de andere kant
ligt ook zee
met een rand
van schuim die
opschuift
terug kruipt
zonder overleg
rustig de ijle boog
van de stemmen
boven spelende
kinderen verheft
het eiland is even
lang als de bries
in blauw spoelt
onafgebroken
speelt zand
tegen zee
een vrije vesting
ruwt duinzand
als de gerafelde…
gevel
aan de dakgoot hangt een flard
ik herken het gaas van een bruidssluier
de kanten zoom van jouw beha
ik klauter over dakpanscherven
wurm me door een kantelraam
mijn spijkerbroek hapert aan een haak
jij zit geboeid in een glazen kooi
als ik jouw blinddoek losknoop begin je te proesten
ik zoek het doelwit van jouw blik
door de gerafelde…
luxe sexsnit bij de rijken
en daarom zag ik nooit de vrouwen, die het droegen,
al droomde ik wel van hen en wist ik hen te bereiken
met mijn scherpe dolk, die ze altijd weer vroegen
om diep in hun erotische fantasieën te snijden,
zodat ze zonder die bullshit mijn roede ontvingen,
waardoor ik hen verlost heb uit hun poespaslijden
en ze de gerafelde…
Alsof je voor het eerst een engel ziet
en weet dat die niet bestaat,
zijn vleugels gerafeld vol stof en vol schimmel,
met veren te oud voor een vlucht.…
melodieus suikerzoet en zeeën ziltzachtzout
Ik voel tederheid door het satijn van je lippen
die de harde schaal van mijn gevoel doorbreekt
om daar als een donzen nest neer te strijken
waarin een kiem van levensvreugde ligt te prijken
met geen enkel scherp kantje meer dat steekt
Ik voel rust door het strelen van jouw handen
dalend op gerafelde…
als een gerafelde pauwenstaart
zet ik nog één keer mijn geloof in de goede afloop op
ik ben mijn woede
en dus mijn kracht aan het verliezen
volgende halte: pantoffels en een warme jas
van oude-mannen sentiment
de dood, die komt
tijd om te gaan slapen…
loopt ons huwelijk vandaag
op rolletjes
maar misschien morgen op kasseien
liggen wij met ons huwelijk
met ons zelf
overmorgen
apart op losse keien
dan staan we op
u ligt op straat
ik lig op straat
de vuilniszak op onze borst
wij hebben honger dorst
niet - of misschien ook -
naar gerechtigheid
wij vragen warm water thee koffie
in ons gerafeld…
Al zijn linnen
Was gerafeld en grauw.
Door een gat in zijn mouw
Blikten mieren en wurmen en spinnen.
Zijn horloge stond stil,
En één glas van zijn bril
Was kapot en het ander beslagen.
Op de rand van een zak
Van zijn vest zat een slak,
Een erg slijmrige slak, stil te knagen.
In een wip was de lust
Om te vrijen geblust
Bij het paar.…