Door mijn woning
speelt een zonnig licht.
'k Voel me een kleine koning
in mijn grote plicht:
vrouw en kind te schragen
op mijn sterke jeugd;
en ze hoog te dragen
in mijn vreugd!
Daar, op 't schouwke,
prijkt mijn enig kruis.
Wees mijn engel, vrouwke,
wees mijn hemel, huis.
Wees mijn stoutste roemen,
wees mijn zoetste troost,
frisse…
opnieuw, in een poging niet te betreden
planten we bodemloos onze dunne bomen
te voet, langs de randen van vrije vlucht
op zoek naar de wortels van verlangen
om ons af te zonderen van het heden
de kaalheid van onze vlakte te omzomen
tevens voor wankele schreden beducht
altijd tussen gedachtemuren gevangen…
het leven
Ons is korte tijd gegeven
Waarom bijt u zich verbeten
Vast in jong of in versleten
Dat wat er werd opgeschreven
Maakt dat ik nog ben gedreven
Om te slapen en te eten
Als de wijzers van de klok
Me ijlings tot de orde roepen
Ik me op het heden richt
Leef ik, leef ik, slok en slok
Voel ik hoop, wil verder snoepen
Met een Hemelhuis…
Uit uw hoge hemelhuis
doodbliksemen dat gespuis
dat u nagelde aan ’t kruis
en weer, wandelend zoals toen
hier en daar een wonder doen?
Had ge ’t onverdiende lijden
Heer, niet beter kunnen mijden?…
Hoog staat het stralend witte zonjuweel
En slaat zijn hete licht op 't land te gruis,
De zilvren vlammen laaien uit 't hemelhuis,
De barnende aarde blakert grijs en geel.…