Laat stilte blijvend zijn
waar wit van wolken waaiert
over de lariks en de den
Mijn wereld is van hen,
van vogels veren poetsend
zij nestelen nog laat
Mijn boom dat is hun vogelwijk,
hun nest is niet mijn home…
Grauwe lucht
Winderige wolken
Drijven vermoeid voorbij
De lariks buigt
Alleen zijdelings
Geboeid zijn kruin
Naar het oosten
Op naar weer
Een grijze dag
Dan onverwacht
Zo maar een zuinig
Zonne straaltje
Doorklieft dapper
De grijze donkerte
En dan, als uit
Het niets landt daar
Met een vrolijk
Roekoe...Roekoe...…
Later fladderden er raven
tussen de al even gerafelde takken
van de lariks.
Een schicht: de schaduw
van een zwaluw schoot
door de zomer.
En in het sprookjesbos
is plotseling de stinkzwam
dwingend aanwezig.
Doodgaan behoort tot het zeer weinige
dat niet zou mogen.…
ik leefde liefde lang
langs lange lanen
van een zomers groene lariks
in weelderige bermen
zocht het droog donzig gras
langs water met witte zwanen
waar glinsterende libelles zwermden
en ik prille stilte las
wuifde met mijn wimpers
naar naderende mussen
die ogenschijnlijk bij
iedere tedere tred
moederaarde wilden kussen
ontroering…
ik lig in de tuin
waar ik elke dag liep
ik lig in de tuin
waar ik elke dag sliep
onder de lariks
of pal in de zon
het liefst was ik buiten
zolang het maar kon
ik hield zo van slapen
ja dat was mijn lust
en onder de struiken
daar kwam ik tot rust
achter de hosta
en juist naast de roos
een zonnige plek
die ik dikwijls verkoos
ik…
troosten is mij onbekend
zoals de lariks diep buigt
tegen iedere tegenwind, hun kruin
raakt de mijne wanneer
de dauw mistroostig
langs de lessen van het leven druipt
een zweem van ontkenning
haakt zich vast in het licht
van vandaag die vol kluwen
uit het verleden zichzelf
tracht te ontknopen
het is het wazige verlangen
dat aan de deurpost…
hun adem bewierookt de koude lucht
de vriesganzen trekken gakkend over
het glasheldere meer, de stilte zwijgt
en luistert naar lege lucht, dode wind
ik hoor een fluiten tussen de dennen
kruisbekken verknagen zich aan lariks
het voelt eigenlijk alsof wij overbodig
zijn met ons lawaai, ook als we zwijgen
als het graf, raven…