biografie: Adriaan Roland Holst
Adrianus Roland Holst [Amsterdam 1888 - Bergen 1976]
dichter en schrijver
Adriaan Roland Holst studeerde Engelse letteren en Keltische mythologie in Oxford.
Het mythologische, door hem vaak vorm gegeven in een Keltische symboliek, bleef in zijn werk doorklinken.
Als dichter begon hij met het maken van door heimwee gedomineerde verzen in bundels als `Verzen` (1911, zijn debuut) en `De belijdenis van de stilte` (1913); daarna ging hij over tot het meer hedendaagse, zoals in `Een winter aan zee` (1937) en `Tegen de wereld` (1947).
Typerend voor zijn stijl is de symboliek en de plechtstatige taal waarin hij getuigt van gevoelens van schuld en boete.
Roland Holst schreef ook proza, vaak met dezelfde mythologisch-keltische thematiek, o.a. in `Deirdre en de zonen van Usnach`(1920).
Hij maakte vertalingen van het werk van Shakespeare en Yeats.
Zijn werk werd bekroond met
Prijs van Amsterdam 1927 voor 'De wilde kim'.
D.A. Thieme-prijs 1938 voor 'Een winter aan zee'.
Constantijn Huygens-prijs 1948 voor zijn gehele oeuvre.
P.C. Hooft-prijs 1955 voor 'Late telgen'.
De prijs der Nederlandse Letteren 1959 voor zijn gehele oeuvre.
Poëzieprijs van de gemeente Amsterdam 1961 en 1964.
Inzendingen van deze schrijver
10 resultaten.ZWERVERSLIEFDE
gedicht
3.4 met 109 stemmen
66.689 Laten wij zacht zijn voor elkander, kind -
want, o de maatloze verlatenheden,
die over onze moegezworven leden
onder de sterren waaie' in de oude wind.
O, laten wij maar zacht zijn, en maar niet
het trotse hoge woord van liefde spreken,
want hoeveel harten moesten daarom breken
onder de wi...
BACH IN DE VROEGTE
gedicht
2.7 met 82 stemmen
24.997 Als hij gaat klinken in het morgenlicht
staat de klok stil, de tijd verzaakt zijn plicht.
Ik poets mijn schoenen of ik kijk naar buiten,
en leef weer eerder dan het eerst gedicht.
-----------------------------------------------
uit de 'Verzamelde Gedichten' (1948)
Naroep
gedicht
3.4 met 12 stemmen
2.261 Vanonder wolken, gij, die ontstegen zijt,
roep ik u na -
vanuit de wervelende storm der blaren
waarin wij samen waren,
waar ik nog sta
geschroeid van dromen en van licht berooid,
roep ik u en bezweer ik u: als ooit
...
Er is een vrede
gedicht
3.2 met 9 stemmen
3.240 Er is een vrede die uit leed geboren
In 't oog van vreugde als traan van teerheid beeft,
Of als een zachte glimlach glanzend zweeft
Over 't gelaat dat vreugden heeft verloren.
Maar nimmer zal die vrede 't leven schoren
Dat schuw voor 't eigen hart in luidheid leeft,
Slechts wie de ...
Dit Eiland
gedicht
5.0 met 1 stemmen
5.127 Hoe zijn wij hier geland,
waartoe... vanwaar...?
ligt ergens aan het strand
dat vreemde schip nog klaar?
en als het anker is gelicht,
naar waar... naar waar...?
--------------------------------
uit: 'Voorbij de wegen', 1920.
Voor later
gedicht
4.5 met 4 stemmen
9.486 ‘k Geef nu aan jou mijn vreugd, mijn leed en
mijn schemergouden dromenschat,
opdat je later nog zal weten
hoe ik je eens heb liefgehad.
Later, als al dit schoon voorbij is,
want tijd neemt liefde, vreugde, smart –
als elk van ons weer droef en blij is
dicht aan een nieuw gevonden hart,
...
De Verlatene
gedicht
5.0 met 1 stemmen
5.976 De wind en het grauwe weer gaan over mijn hart,
en ergens over een dak waar ik heb bemind;
de winter wordt koud, en de struiken zijn al zwart -
over een plek waar mijn graf zal zijn gaat de wind.
Ik zou vuur maken als zij hier weer bij mij kwam
als eens in dat oud verhaal van haar en van mij;...
Voor het laatst
gedicht
2.5 met 38 stemmen
28.359 Een wolk schoof voor de maan,
en de verlorene gleed
tevoorschijn tot aan
de tafel bij het bed.
Ik twijfelde: ziet zij mij,
of lijdt zij nog maar het bestaan
van blinde mijmerij
om alles wat is vergaan?
Toen de maan weer inscheen
was zij er niet meer.
Wij zijn al zo lang alleen,
al sin...
Besluit
gedicht
2.5 met 75 stemmen
22.937 De kamer was donker; het raam alleen
hield nog een licht, dat te sterven scheen.
Zij sprak uit het bed: hoe zijt gij zo laat,
en uw haar zo wild om uw gelaat?
Toen sprak hij met een dode stem,
(de blaren ritselden achter hem):
Ik kom u zeggen dat ik ga -
Nooit keer ik weer waar ik nu s...
SCHELP
gedicht
2.8 met 347 stemmen
73.800 De zeeschelp in mijn hand
is vandaag op het strand
door de zee neergelegd.
Haar zwijgen zegt
dat de wereld vergaat
en niets bestaat
dan alleen de zee.
Alle wel en wee
is maar vloed en ebbe.
Ik wil niets meer hebben
en leg de schelp weer
neer bij de zee.