115 resultaten.
Gezapig als de zoen
poëzie
3.0 met 9 stemmen 1.353 Gezapig als de zoen van koele kinder-lippen
en zoeler dan ’t gezoef van bloesem-zoete wind,
o kleine regen, heeft van duizend glinster-stippen
uw stuivend licht mijn haar met perelen gepint.
En zonder roeren, dan te voelen hoe mijne ogen
vergroten, naar me uw peerlen-weelde zonne-wijdt,
sta ‘k als een smalle bruid, tot wenens toe bewogen…
Uw eenzaamheid
poëzie
3.0 met 7 stemmen 2.061 ‘Uw eenzaamheid? Gij zijt als die wolvin.
‘Zwijmlend van honger, en van moederschap
bliksmen-verblind en 't ingewand doorflitst,
heeft, bij de trill'ge guurt van winter-nacht,
in 't gladde leem van een doorweekte sloot,
deze wolvin, al hare tanden bloot,
geworpen zeven jongen, schicht aan schicht.
‘En in de nacht heeft niemand haar gezien…
o Late dag
poëzie
3.0 met 6 stemmen 1.487 o Late dag, gij smaakt naar water en naar rozen.
- Ik weet me alléen te zijn in 't wijde, koele huis;
'k geniet mijn eenzaamheid; ik voel mijn vrees verblozen;
ik voel 't verleên vergaan in teder blaêr-gesuis.
Reeds neigt de zon ter rust en lijkt 't gerijs der mane.
Er is geen komst die hoopt; er is geen leed dat wijkt.
Een vredige…
Gij, die ik zoet te slapen leide
poëzie
3.0 met 14 stemmen 1.634 Gij, die ik zoet te slapen leide,
uw adem zoelend aan mijn mond,
- Kind van mijn liefde en van mijn lijden, -
en die 'k, toen 'k plots ontwaakte, wijde
met wakend oog me aanstaren vond:
'k en zal aan u geen sussen wagen,
die schielijk dûs de slaap ontwijkt;
de nacht wordt rijker dan de dagen,
want reeds klaart vreugde na de vragen…
Gij was aan mij gelijk de winde
poëzie
3.0 met 9 stemmen 1.353 Gij was aan mij gelijk de winde
die wentelt om een koren-aar;
dra zal ik aan mijn wang bevinden
de zoete streling van uw haar.
Dra zult gij 't glanzend voorhoofd beuren
tot waar mijn slapen komm'rend staan:
zo ziet men, wild, een winde geuren
naast 't wegend rijpen van het graan.
o, 'k Ben geen sterke: moe-gedragen,
verzwaart vaak de…
Herinneringen zingen, kind
poëzie
4.0 met 4 stemmen 1.299 Herinneringen zingen, kind, uw wit gelaat,
en 't zoet verhaal van úwe dagen en míjne dagen
die vredig in ons leve' als stille tuinen lagen
in 't tere licht van late schemering gebaad,
wijl d'hemel is om tuine-groen een stil gewaad
van trage, kalme schaduwen, en de bomen dragen
een laatste vogel-stem van lang-verglooiënd klagen
dat kwijnt…
Geluk, zo zedig en zo zeker
poëzie
3.0 met 7 stemmen 1.088 Geluk, zo zedig en zo zeker,
als water dat in glazen beker
zijn zuivere genuchte vat:
ik heb uw goede dronk genoten,
en 't heeft door mijne leên gevloten,
als van wie nooit gedronken had.
Mijn ogen wijd, mijn lippen open,
zijt ge in mijn aadren stil gedropen
tot de' allerlaatste', en béste drop...
Was ik de dorst'ge der woestijnen…
Oud hart, dat niet bemind en heeft
poëzie
4.0 met 4 stemmen 1.309 Oud hart, dat niet bemind en heeft
dan als een bedelaar, die géeft
om eigen armoê te vergeten;
hoe hebt gij, strammer te elke dag,
maar vromer aan uw glimme-lach,
uw trage levens-straat gesleten!
Elke ure, meerdre deuren toe,
elke' avond pijnelijker moe,
en elke nacht wat langre wake;
wat ijlren honger in uw borst
bij iedre…
Ziekte, oude troosteres
poëzie
3.0 met 9 stemmen 1.292 - Ziekte, oude Troosteres, wier woorden wégen...
- ‘O Gij, mijn zoon, die duldig leven mag
van 't glooiënd denken aan een verre liefde-lach:
ik zie hoe in uw oog dromen als zwanen zegen.’
- Ja, ik ben goéd. Maar 'k wilde vrédig zijn...
- ‘Mijn leéuwrik! Gij, die door de nachten heen-gedrongen,
de vreugd van de enig-eeuw'ge…
De late chariten 2
poëzie
3.0 met 7 stemmen 841 Aan u, die 'k heb bemind om 't water van uwe ogen,
fontein die zindert in de zonne van de smart,
- gij die het martlen kent van 't dorre mededogen
en 't hunkren naar de liefde in hoogmoed uitgetart;
Aan u, die 'k heb bemind om 't vlammen van uw handen,
- o vleien om het vlees dat als een beek vervliedt;
o reiken van 't gebed dat slechts…
Gekomen met een zoete mond
poëzie
2.0 met 7 stemmen 1.273 Gekomen met een zoete mond
waar kindsheid heen ons zingen zond
als blijde bedelaren,
was onze honger goed als brood,
en zagen we in tergloze nood
een makker onzer jaren.
Maar 't leven sloeg, met stille speer,
in ieders zijde een eigen zeer.
Wij hebben 't bloed gezógen;
een lách heeft onze smart gekoeld;
- maar w' hebben in de…
Wat ben ik, dan een vogel
poëzie
3.0 met 8 stemmen 1.266 Wat ben ik, dan een vogel in de schemering?...
Ik ben verliefd, o mijne vriende', en, wen ik zing,
hoor ik de avond-dauw uit zware beuken leken
en, dof geplets, de rillend-diepe stilte breken;
en - 't is of mijn geluid in mijne kele breekt...
Ben ik bedroefd? - Hoor hoe een nachtegaalke spreekt
mistroostig en gerust, met droeve en staêge…
O schaemle liefde-vlam
poëzie
3.0 met 7 stemmen 1.144 o Schaemle liefde-vlam, die brandt
gelijk een lampe in winter-land
door lamme neevlen henen, -
daar ieder weet zijn weg, en spoedt
waar liefde een eigen lamp hem voedt...
- geduld'ge brand, allene;
al weet ik éne, in winter-nacht,
wie géne zéekre lampe wacht;
die doolt door de…
Een ster
poëzie
4.0 met 7 stemmen 731 Een ster: een klompke ijs tussen mijn hete tanden...
Terwijl ge onzichtbaar zijt, o zee, die nauwelijks hijgt;
terwijl mijn hart gelijk een oude zuster zwijgt,
komt deze stipte oneindlijkheid mijn lippen branden.
– Mijn nachten waren ene mand vol droom aan droom;
mijn dagen, ’t vast getal der appelen die zwellen
in elke boom-gaard en aan elke…
Regen, regen in de tuin
poëzie
4.0 met 4 stemmen 680 Regen, regen in de tuin,
- o gestild begeren, -
zonne-bloemen, schoon en schuin,
die hun loom-gekroonde kruin
naar geen zon en keren;
nieuwe blanke glanzen aan
zware en matte vruchten;
- vroom herleven van mijn waan
door een zacht-gerezen traan,
door mijn zoete zuchten;
- heel het huis is warm en toe;
buiten ruist de regen;...
- vrezig-blij…
Wat is het goed aan 't hart van zacht verliefd te zijn
poëzie
3.0 met 4 stemmen 761 Wat is het goed aan 't hart van zacht verliefd te zijn,
zijn luimen naar een verre' of naêre lach te meten,
en, te elken avond weer het kommer-brood gegeten,
weer blij te mogen rijze' in iedre morgen-schijn,
deed nieuwe liefde-lach het oude leed vergeten.
Ik weet niet wat geluk is; maar uw schoon gelaat
is kalm, en maakt me blijde, en doet…
Geven, geven!
poëzie
2.0 met 9 stemmen 640 Geven, geven! Alle vrachten
rijzen in het hoogste want,
en de leegte legt een zachte
weemoed in de moede hand.
Geven, géven! Laat de huizen,
sluit de ramen, dek de haard:
de open heemlen zijn de sluizen
voor uw ongeduld'ge vaart.
'k Ben geleegd; ik ben verleden;
'k wórde dood: ik heb gevoed.
Al wat komt is mijn verleden,
waar 't gewerd…
En hoort uw hart
poëzie
4.0 met 4 stemmen 1.423 En hoort uw hart: hoort gij uw hart niet slaan ?
Daar is de maat waarop uw dagen dansten.
Niet wen gij waart met weelden overlaên
of dronken van een overmoed'ge waan,
stond ge in de rei die blijde tijd omkranste.
Brandde in uw brein al 't lijden dat het droeg
leg op uw hart uw hand, en gij zult horen
al de geheimen die, nog ongeboren,
zich…
VLAANDREN, O WELIG HUIS
poëzie
3.0 met 3 stemmen 1.000 Vlaandren, o welig huis waar we zijn als genoden
aan rijke taaflen! - daar nu gloeiend zijn de weien
van zomer-granen die hunne aêmende ebbe breien
naar malvend ooste' en statig dagerade-roden,
de wijl de morge' ontwaakt ten hemel en ter Leie -:
wie kan u weten, en in 't harte niet verblijen,
niet danke' om dagen, schoon als jonge zege-goden…
Mijn dag en was niet oud genoeg
poëzie
5.0 met 1 stemmen 808 Mijn dag en was niet oud genoeg,
mijn hart en was niet koud genoeg,
dat zwaar de vlijme twijfel-ploeg
mijn vree niet breke ...
Zo schijn 'k (misschien der vreugd bestemd)
een vrouw, die, vreemder angst beklemd,
oneindig naait haar doden-hemd
steke bij steke.
En 'k naai mijn eigen weifel-kleed,
zorgvuldig zo't mijn vrezen sneed…
Gij was aan mij gelijk de winde…
poëzie
4.0 met 2 stemmen 558 Gij was aan mij gelijk de winde
die wentelt om een koren-aar;
dra zal ik aan mijn wang bevinden
de zoete streling van uw haar.
Dra zult gij ‘t glanzend voorhoofd beuren
tot waar mijn slapen komm’rend staan:
zo ziet men, wild, een winde geuren
naast ‘t wegen rijpen van het graan.
o, ‘k Ben geen sterke; moe-gedragen,
verzwaart vaak de angst…
De vrouwen die ik heb gekend
poëzie
5.0 met 2 stemmen 672 De vrouwen die ik heb gekend
zijn mij voorbij-getreden
als zwaarden, in vaste vuist geklemd,
die bevriezende sneeuw door-sneden.
Hun hoop, hun schoonheid en hun schroom
bleef in mijn oog geschreven;...
- maar groeide er ooit tot in de boom
wat werd in bast gedreven?
Zo draag 'k, - mijn eigen vreugde wáard -
in naderend minnens-duister…
Nacht. - Aan het open raam
poëzie
4.0 met 5 stemmen 995 Nacht. - Aan het open raam waar mijn begeerte huivert
van pijnigende weelde en blij-doorpriemend wee,
hoor 'k, in het wind-gewuif, van dag-gebroei gezuiverd,
gescheurd en moe de kreet der ongeziene zee.
Ik luister. En 't geschuif der zuiverende vegen
van flodder-wind, die hijgend-blij 't geluchte wast,
voelt zeulen in zijn joel en door…
'k Heb mijne nachten meer doorbeden dan doorweend
poëzie
5.0 met 2 stemmen 420 'k Heb mijne nachten meer doorbeden dan doorweend
al wemelt twijfel in de opalen van mijne ogen;
'k heb in mijn leven meer geloochend dan gelogen,
en zie: de bitterheid ligt om mijn mond versteend.
o Gij, die morgen om mijn laatste bed gebogen,
u voor het raadsel van dees ziele hebt vereênd:
uw zucht trilt door een ijlt die gij vol wisheid…
De nacht, de zwoele nacht
poëzie
4.0 met 2 stemmen 716 De nacht, de zwoele nacht heeft me als een wijn bevangen.
Terwijl een schijnen-rijke wâ mijn brein omwindt,
komt uit de diept geen dageraad mij tegen-langen,
omvangt me een woel'ge duisternisse die mij bindt.
Ik ben geen bake; geen verwijlen, geen verbeiden;
geen duizeling van hoop, geen duizeling van dood.
Ik ben alleen, bij holle ontstentenis…
LIEFDE-ZANG
poëzie
4.0 met 2 stemmen 660 Zo gij - de luie laan der zomeren verlaten,
de kudden van uw lust naar laatre stal gemend,
en toé de vrede-deure' en stil het gierend blaten,
en 't zorgen voor het voer der morgenden geláten,
de diepre vreugde van de winter-landen kent;
zo gij geen liefde zoekt in strakke dag-gelaten,
en zelfs geen luistrend oor naar duistre nachten wendt…
0 VAN ' T ONGEREPT ONTROEREN . .
poëzie
4.0 met 2 stemmen 406 0 van 't ongerept ontroeren,
nauw-geboren, ongezeid,
huivrend reeds de pennen roeren
aan de vlerken van de Tijd;
zien, hoe de eigen adem-halen,
klarend voor 't verbaasd gezicht,
schuiven aan de zonne-stralen
als een waas van schóner licht;
proeven, in de diepe groeven
die de roodste Lippe graaft,
hoe het langst en wrangst bedroeven…
Aan een zeer jong meisje
poëzie
4.0 met 3 stemmen 510 Ik hadde, o gij die me start, wier ogen zwijgen
als dode vijvers onder loom een lover-dak
dat nooit een blijde pijl van zonne-vreugde brak,
- 'k hadde over uw gestaar mijne ogen willen neigen,
en in de diepte van uw blikken willen zien
het leven dat er leeft, de driften die er dreigen,
en voor wie u bemint wat tederheid misschien
'k…
DE DICHTER
poëzie
4.0 met 4 stemmen 435 Geen zomer-schaâuwe is schoon als 't beeld, in volle teilen,
der welv'ge melk die ront, van roerig licht ommaald.
Mijn schamel huis, waar zoel een geur van peren draalt,
weegt teerder in mijn schroom dan 't hele herfst-verwijlen.
En, waar van 't winter-dak een schone mane daalt,
'n weifelt ijl een hele lente in hare wijle,
o mijn…
Wees niet de schroom'ge...
poëzie
4.0 met 3 stemmen 612 Wees niet de schroom'ge, die, in lomer avond-komen,
herdenken zwijgen doet;
ben ík de pleger niet, die met zijn eigen dromen
zijn eigen treurnis voedt?
- Treed nader, zie mij aan, en hoe mijn oog, gelaten,
géen liefde vraagt, o kind;
- ik heb de zeilen van 't verlangen neer-gelaten
bij liggende' avond-wind...
En weder teder in…