Een schutter die,
al slapende,
donderknal en bliksemschicht
over hal en kamer heeft geworpen,
danst nog na in de bloederige stappen
van zij die ooit een dame was.
Haar sjaaltje als een rups
over het tapijt,
ooit nog met de hand geknoopt
en nu door rood en zwart besmeurd
in de stank van dood gedrenkt.…
Een leeuw is eigenlijk iemand,
Die bang is voor niemand,
Zijne ogen en zijn neus
Zijn groter dan die van een reus;
En zijn muil
Is een ware moordkuil;
Met zijn klauw
Is een leeuw geweldig gauw;
Met zijn staart
Gooit hij een schutter van zijn paard;
En met zijn tanden
Durft hij de hele schutterij wel aanranden.…
voorjaarszon
weer voorzichtig schijnen gaat
verschijnt een kleurrijke dagvlinder
vliegend in de richting van de zon
op zoek naar onvervulde wensen
en het zoet van verse nectar
Weer verschijnt de boogschutter
richt zijn pijlen op haar lot
maar sierlijk fladderend
ontwijkt zij alle scherpe pijlen
strijkt neer op de harde schouder
van de verbaasde schutter…
Beiden, mensen ende Goden,
Haast vernamen, door dees boden,
Wat kwale hen overviel,
Tot beroering van hun ziel;
Maar eer zij konden ontvluchten
Dezen schutter, ’t pijnlijk zuchten,
Werden zij, in korter stond,
Van zijn pijlen wreed doorwond;
Gelijk ’t nachtegaaltjen jeugdig,
’t Welk, in ’t kwinkeleren vreugdig,
Onverziens zich vindt bezet…
De leughens uyt dijn mont ghegoten,
Sijn scherpe pylen afgheschoten,
Van eenes stercken schutters handt,
Oft als genevers kolen brandt.
5.
Och hoe verdriet het my in't herte,
Wat is my dit een bitter smerte,
Dat ick hier dol' in Mesechs hutten,
End' onder Kedar my moet schutten!
6.…