De buurvrouw en de barbecue
De bel gaat. Potig staat ze daar, de buurvrouw.
De barbecue, daar gaat het om. ‘De rook
waait zonder meer mijn tuin in. Gore smook
besmeurt mijn wasgoed. Walg’lijk!’ schreeuwt de kenau.
‘Mijn witwas dampt van kotelet,’ beweert ze.
Ik haal mijn schouders op; geen boodschap aan.
‘Mijn feest gaat dóór,’ geef ik haar te verstaan.
‘Ik haal er de politie bij!’ bezweert ze.
Wat zanikt ze, een barbecue is geurig...
dat dacht ik toen, nog maar een week geleden.
Maar nu ben ik, verdraaid nog toe, humeurig...
want wat ze me geflikt heeft, onversneden:
ze gaf wel zeven barbecues, ’t is treurig.
De stank heb ik nu nóg onder de leden!
Geplaatst in de categorie: lightverse