De aardbeienneus - Sprookje
Een aardmannetje dicht bij
de koude grond spreidde
zijn bedje 's nachts heel
gezond tussen die zoet 
zacht rode vruchten met
zwarte pitjes; soms nog 
niet rijp maar waterig witjes.
Overdag bij zonnige zomertijd
hield hij met hark en schoffel
zijn bedje bij héél toegewijd.
Na gedane arbeid met
een zekere vlijt keurde hij
met zijn neus hoe zijn aardbeien-
bedje was gespreid.
De rood zoete vruchten konden
in de zon zo heerlijk geuren.
Menig aardmannetje heeft zijn ritueel
later moeten betreuren.
Zo kan een aardbeienneus het gevolg
zijn van dit vrijmoedig buiten vertoeven
bij die aardmannetjes die hun neus 
te diep in het aardbeienbedje begroeven.
Geplaatst in de categorie: lichaam

Geef je reactie op deze inzending: