Tuinfantasie - 3e tafereel
De kanten zijn wel dicht begroeid met riet;
dat was van het begin af aan mijn streven.
Zo af en toe hoor ik een karekiet
en ‘s zomers zie ik de libellen zweven.
De karpers gaan in ’t voorjaar flink tekeer,
als de natuur hen roept om te gaan rijen.
Ook stekelbaarsjes zijn dan in de weer,
met heel vakkundig aan hun nest te breien.
Mijn ogen kan ik somtijds niet geloven:
De donderkopjes dartelen in ’t rond;
er komt een dikke kikker happend boven
en vangt een vlieg die wat te suffen stond.
Ik laat me elke dag opnieuw verrassen:
Wat er niet leeft in ’t water, kruid en grassen.
Geplaatst in de categorie: lightverse