Landrust
De toren slaat het middaguur,
het vee loeit klagend mee,
libellen dansen op de maat,
het koren wuift ze na,
de boer op 't veld
scherpt vakbekwaam de zeis,
't is warm,
met de zakdoek, rood,
wist hij het zweet
dat parelend
op zijn voorhoofd zweeft,
dan rust hij even op de steel,
staart turend over 't weidse land
en weet, dat hij
geen plek op aard
ooit meer heeft liefgehad.
Geplaatst in de categorie: woonoord