De ommekeer
Als een ster verlaat in veelvoud omgeven
Flonkerend stervend voorbestemd in begin
Wenen zijn manen door hem gekoesterd
In gedoofd gezelschap bijeen versmolten
Als beminde verlaat met veelvoud omgeven
Wenen zij nabij alom door hem gekoesterd
Vereend ineen gesmoord beklemmend geheel
Machteloos weten zij zich voorbestemd in begin
Laat bazuinen schallen luid en omkerend in toon
Reeds vertrokken nieuwe vruchten aan de boom
Zowaar wij staren in het heden van zwart weleer
Ontwaar ik nieuwe wegen waarop ik weder keer
Inzender: Borst.j, 30 september 2005
Geplaatst in de categorie: filosofie