inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 3.695):

De ark

In de verbeelding komen ze. Gearmd.
Over de loopplank. En schikken
zich. Een stil rumoer van benen
over benen. Zwart water klopt aan ramen.

Ze hadden het over jou, een dikke warme
zomer lang. Twee tuinen verder. Hikkend
van de lach wierp één haar bal. Op hun tenen
stonden ze. Bij de heg. Knisperend kwamen

ze, zeldzame dieren, kwamen door de heg gekropen
de Kleine Ademdief, de Rode Pantoffelloper
de Muis Met Vlek, de Bonte Tuimelaar,
de Dochteren Israëls, de zusjes Koorevaar.

----------------------------------------
uit: 'Al het aardsch geluk', 1995.

Schrijver: L.F. Rosen
Inzender: kb, 27 november 2018


Geplaatst in de categorie: verhuizen

1.0 met 324 stemmen aantal keer bekeken 57.495

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)