De strijd
Onder d'uitgeholde oever
van een trage moddersloot,
zat een waterrat te kluiven
aan een stukje tarwebrood.
Maar daarboven, in de weelde
van een groene netelvracht,
lag een oude, bonte kater
op zijn eerste ochtendwacht.
D'een nog onbewust van d'ander
knabbelde aan zijn stukje brood.
D'ander spiedde, bukte, en likte
even aan zijn achterpoot.
Na een poosje klom de rat toen
langzaam tegen d'oever op.
Plots... daar stond ie, plompverloeren
voor de wrede katerkop.
's Wilde vlucht - een sprong - 'n haartje
scheelde 't maar - een plons - de rat
dook in 't water of de duvel
'm achter aan zijn hielen zat.
Aan de groengezoomde oever
van een trage moddersloot
peinsde een kater over 't leven
en een rat over de dood.
---------------------------------------------------------------
Uit 'Zomerzon' (1930) van Jan Hendrik de Groot (1901-1990).
Opgenomen in 'Van Alphen tot Zonderland',
Nederlandse kinderpoëzie van alle tijden.
Inzender: J.G.L. (H), 14 september 2023
Geplaatst in de categorie: dieren