Mag ik uw woorden lenen?
‘Tussen deze klamme stenen
heb ik nog maar één doel.
Mag ik uw woorden lenen,
om te zeggen wat ik voel?’
De dichter antwoordde: ‘wat, beste man,
is het dat ik jou op je ziekbed bieden kan?’
De zieke man sprak met rappe tong
over zijn land dat hij verliet,
het lage winterlicht, meeuwen en luchten,
een besneeuwde dijk, de open zee,
snelle grijze wolken, hoge ganzenvluchten,
zompen en zand, duinen en dorpen
en de blonde wind over het verre wad,
eb en vloed in hun eeuwige getijdenspel.
En hij vervolgde alsof zijn spreken hem genas:
‘Op het eiland van mijn vaarwel, daar woont zij.
De zomer hier is winter daar, ik mis haar.
Uw gedicht kan haar zeggen dat ik aan haar dacht.
En aan het eiland waar ik kind was.
Wilt u het maken, goede vriend?’
De dichter zei: ‘je ogen glanzen grijs en blauw.
Mijn woorden hoef je niet, ik leen ze graag van jou.’
Zie ook: http://www.gmuitgevers.nl
Schrijver: George Knottnerus, 18 februari 2009
Geplaatst in de categorie: afscheid