Valse lente
Roerloos lag de zeehond op het vals plat
Hij had het te bont gemaakt
alsof hij rustte op het wad
frontaal op zijn kop geraakt
Het oog van de jager traande
maar niet van verborgen leed
Het was alsof het maande
als je dit gedode leven maar vergeet
De wind ijlde over de vlakte heen
Het dier werd ruw gesleept
Dit is waarom de mens moet wenen
waarom met aanzien wordt gedweept
Straks krijgt zijn jas een dame
of moet ik zeggen: wijf ?
Op zondag ja en amen
de zonden om haar lijf
Het wad ligt nu verlaten
De zee is uitgewoed
Op het zand liggen vele gaten
reeds omspoeld door vloed
Geplaatst in de categorie: maatschappij