Waar eens mijn wiegje stond
Waar de zee, de golven beuken,
op het aangespoelde strand.
Waar de meeuwen krijsend vliegen,
daar ligt mijn vaderland.
Waar de polders uitgestrekt zijn,
de molens draaien op de wind.
Waar de dijken ons beschermen
en de boer zijn land ontgint.
Oh Nederland, waar eens mijn wiegje stond.
Vaak denk ik aan vroeger terug,
maar de tijd gaat veel te vlug.
Oh Nederland, waar een glimlach nog volstond
en op het matje bij de deur nog "Welkom" stond.
Waar de koeien, schapen graasden,
zie je nu hoge pijpen staan.
Waar de kikkers vrolijk kwaakten,
zie je nu grijs asfalt gaan.
Waar de toekomst nog een kleur had
en de gulden een daalder was,
waar de kinderen veilig speelden,
op een veldje, groen als gras.
Oh Nederland, waar eens mijn wiegje stond.
Vaak denk ik aan vroeger terug,
maar de tijd gaat veel te vlug.
Oh Nederland, waar een glimlach nog volstond
en op het matje bij de deur nog "Welkom" stond.
Nederland, wat gebeurt er toch met jou,
als alles zo verandert, alles waar ik van hou.
Waar de zee de golven beuken,
molens draaiden op de wind.
Waar de kikkers vrolijk kwaakten,
Nederland mijn zorgenkind.
Lalalailalailalalaila
lalalailalalailalala
lalalailalalailalalaila
lalalailalalalalala
Oh Nederland.
Inzender: Jur, 6 april 2005
Geplaatst in de categorie: songtekst