Weglopen
Ik loop de weg steeds verder weg.
Nu ben ik zonder huis.
En ieder woord dat is gezegd.
Duwt me vooruit.
De avond doet de gordijnen dicht.
De wind trekt aan mijn haar.
Het regent wat op mijn gezicht.
Of huil ik nou?- Wat raar!
Er komt een fietser op de dijk.
Wat doet die hier zo laat?
Ik wil niet kijken maar ik kijk
tot vader voor me staat.
Ik wil niks zeggen maar ik praat.
Zijn hand ligt op mijn haar.
Kom, zegt hij, kom, het is al laat.
Stil nu maar.
Nu gaan we samen op de fiets.
Ik denk aan niets
Inzender: Charlotte (H), 6 april 2024
Geplaatst in de categorie: ouders
En de ommekeer naar huis.
Maar denk je dan opgelucht
tot slot 'aan niets'?
Of is dan alles in het reine?
Toch een beetje een koude douche.