inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 4.125):

Zeetaal

alle grootlijfworden
van de zeetaal
die geen bijgebaren doen,
zijn als stenen, die uit het water komen,
als eilandruggen
mompelen zij weerbaar
mannelijke taal.
zie mijn traaggeboren zinnen:
drooggevallen wadden
druipend van de branding.
al mijn hoofdzaakwoorden
zijn rompachtige dingen,
ze liggen roerloos
donkerruggig
in het helder water
van de spreektaal.
ding-sprekend zeetaal
kijk ik je aan;
als steen
en romp
en eilandrug
kom ik spraakloos
boven water.

----------------------------------------------
uit: 'Onder een leeggewaaide boom', 1982.

Schrijver: Catharina van der Linden
Inzender: mjvdb, 17 april 2020


Geplaatst in de categorie: taal

2.0 met 17 stemmen aantal keer bekeken 6.372

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)