Ballade van den katholiek
Aan Ir. A. Mussert, die zich in zijn propagandablad van vrijdag 6 december 1935
veroorloofde te schrijven over ‘den zich katholiek noemenden Van Duinkerken’
Jawel, mijnheer ik noem mij katholiek,
en twintig eeuwen kunnen ’t woord verklaren
aan u en aan uw opgewonden kliek,
die blij mag zijn met twintig volle jaren,
als ónze God u toestaat te bedaren
van ’t heilgeschreeuw, geleerd bij de barbaren,
en als uw volksbeweging haar muziek
toonzetten leert op ónze maat der eeuwen.
De Roomsen hebben in de politiek
iets meer gedaan dan onwelluidend schreeuwen.
Daarom, mijnheer, noem ik mij katholiek.
Gij weet het slecht, maar in een zieke tijd,
toen Rome rot was van de dictatoren,
elkaar verdringend met de grage nijd
van wie elkanders roem niet kunnen horen,
werd God de Zoon te Bethlehem geboren
uit ene Maagd wier naam in uw oren
klank voert van ketterij en godsdienststrijd:
een joodse vrouw, die gij diep zoudt verachten
- joden zijn aan uw soort niet sympathiek -
maar die het licht is onzer zwartste nachten,
Daarom, mijnheer, noem ik mij katholiek!
Gij leeft te zeer in uw bewogen heden
om het te weten, maar het is geschied,
dat weinigen, die deze naam beleden
beschermers bleken van het wijd gebied,
waarop men heden nog beschaving ziet.
Gij preekt wel, maar gij kent de teksten niet!
Wat is úw toekomst zonder óns verleden?
Bedenk, als onze duizendtallen dunnen,
hoe eens paus Leo, ónvervalst mystiek,
weerstand bood aan een overmacht van Hunnen!
Daarom, mijnheer, noem ik mij katholiek!
Gij zijt wellicht het oud verhaal vergeten,
of kent het niet, maar leer het dan van mij,
hoe zij, die Nederlands bevrijders heten
uit Rooms geloof en Spaanse dwinglandij,
onder bevel van Willem van Lumey
onschuldigen vermoorden. Pleit hen vrij,
wanneer dit past in ’t ruim van uw geweten!
Steeds zal de holle leuze misdaad baren
zodra zij vruchtbaar wordt bij ’t veil publiek!
Ik kies de zijde van de martelaren.
Daarom, mijnheer, noem ik mij katholiek!
In Brabant weet men van de geus te spreken.
Daar heb ik ’t vaderlands gevoel geleerd.
Vouw ik de handen om den Heer te smeken,
dat Hij ’t volk hoede, vrij en ongedeerd,
van staatszucht, tirannie en van ’t verkeerd
vertrouwen in wie door geweld regeert:
nooit leerde ik de hand ten hemel steken,
heil roepend om een nagemaakte Pruis.
Op wat zich heil noemt, heeft mijn Kerk kritiek.
De ware heiland kent ze aan ’t ware kruis.
Daarom, mijnheer, noem ik mij katholiek!
Prince:
Heer Jezus zoet, de Prins der ware Kerk,
die één is, heilig en apostoliek,
maakt ons in dienst van Zijnen vrede sterk,
Daarom, mijnheer, noem ik mij Katholiek.
Inzender: Redactie, 7 januari 2022
Geplaatst in de categorie: moraal