Adagio
de orgelpijpen vallen hijgend dicht
na hun halsbrekende toccata-plicht
de galm versterft in deinende rimpels
palliatief uitgeleid door hoofse klavecimbels
partituren zien hun einde naderen
dwarrelen neer als herfstige bladeren
hobo en fagot slaken de laatste zucht
wijl cello's vertrekken voor hun ultieme vlucht
de harp streelt zich in weemoed en tranen
ten afscheid aan wenende melomanen
de paukenist vertrekt met stille trom
in het spoor van de uitgedanste bandoneon
jachthoorns hoort men echoënd nazinderen
en vermoeide violen vluchtig vervlinderen
eenzaam herstrijkt de contrabas het pad
waarlangs het opus zijn ontbarsting had
Inzender: JGF, 14 juli 2006
Geplaatst in de categorie: muziek