Windkracht Twaalf
Huiverig, rillend tegen de windmacht
Stormkracht twaalf, scheepsverkrachter
Staand op de pier, hoopvol kijkend
Zee natstuivend in mond, neus en ogen
Vuurtorenflits, gierend tegen de kracht
Van de waai, doch stevig staat de wachter
De roodwitte gigant, een enak gelijkend
Schuilend in zijn luwte, hoopvol onvertogen
De zeemansvrouw, wachtend op een sein
Van de vissersschuit vol kostbaar leven
De wrede zee zo groot, het schip zo klein
Oh, zo velen zijn daar al gezocht gebleven
Zie! op de grens waar het zilt de kust kust
Een licht, zwaaiend en glanzend in de nacht
Een vrouwenhart slaat kalmer, ze is gerust
Daar is de boot, zoals eigenlijk verwacht.
Geplaatst in de categorie: vrouwen