Nacht
De oude man loopt door de stad,
En denkt terug aan de oude tijd,
Aan het leven dat hij heeft gehad,
Aan de zin die nergens heen leidt.
En zij, een meisje zonder naam,
Zit af te wachten achter ’t raam.
Zij wenkt mannen en ze lacht,
Ze is de koningin van de nacht.
Hij kijkt met ogen zonder gevoel,
En denkt terug aan de oude tijd.
Hij slentert verder, zonder doel,
Zonder doel dat ergens heen leidt.
Haar ogen volgen hem, treurig,
Maar ooit, ooit was ze fleurig.
Ze wenkt mannen en ze lacht,
Ze is de koningin van de nacht.
De oude man kent zijn verdriet,
En denkt terug aan de oude tijd.
Zijn pijn kennen de mensen niet,
De pijn die nergens heen leidt.
En zij, ze ontvangt een klant,
Een vreemde uit een ver land.
Ze sluit het gordijn en ze lacht,
Ze is de koningin van de nacht.
De oude man sluit, nog 1 keer,
Zijn ogen, opent ze niet meer.
Zij opent het gordijn en lacht,
Ze is de koningin van de nacht.
Geplaatst in de categorie: algemeen