De herfstweg
Als regens waaien in de hoven
en maaiers op de heuvels gaan,
bundel ik mijn vreugde tot schoven.
En het oog is hol en vol tranen.
Bomen lozen bladeren, ik haar,
schaduw en nagels. Kort ben ik
op aarde, korter dan een sjaal.
Steeds verlaat mij weer de ochtend.
Steeds lokt mij weer de laan.
Tot ik door het dwarse tuinhek ga.
Dicht is het huis. Ik loop maar om.
Stokrozen koppen naar de zon.
Een hoge zee spat de maan nat.
Hard is het leven en apart.
---------------------------
uit: 'Ianus', 1995.
Inzender: hwvdh, 28 oktober 2021
Geplaatst in de categorie: individu